H3 - H2 grammatica zinsdelen samentrekkingen

H2 grammatica zinsdelen blz. 62
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H2 grammatica zinsdelen blz. 62

Slide 1 - Slide

Aan het eind van de les
- kun je voor- en achterwaartse samentrekkingen op verschillende niveaus herkennen en gebruiken. 

Slide 2 - Slide

Theorie - samentrekking
Samentrekking houdt in dat een woord(deel) of een zinsdeel wordt weggelaten, omdat het ook elders in de zin voorkomt.

 Gewone zin = "Je kunt bij hem niet alleen nieuwe computerspelletjes kopen, maar je kunt bij hem ook oude computerspelletjes kopen."

 Verkorte zin =  "Je kunt bij hem niet alleen nieuwe (computerspelletjes kopen), maar (je kunt bij hem) ook oude computerspelletjes kopen."



Slide 3 - Slide

grammatica zinsdelen H2
Bij een samentrekking laat je, waar dat kan, dubbelingen in een zin weg.

Slide 4 - Slide

Het weglaten kan op drie niveaus:

- woordniveau
- woordgroepniveau
- zinsniveau

Slide 5 - Slide

woordniveau

Hier ligt een stapel studieboeken en -schriften.

Je laat een woorddeel weg: studie.

Slide 6 - Slide

woordgroepniveau

Hier ligt een stapel met oude en nieuwe kleren.

Je laat één of meerdere woorden binnen een zinsdeel weg: kleren

Slide 7 - Slide

zinsniveau

Hier ligt een stapel boeken en daar ook.

Je laat één of meerdere zinsdelen weg: ligt - een stapel boeken

Slide 8 - Slide

achterwaarts en voorwaarts

Bij een achterwaartse samentrekking staan alle woorden achter in de zin.

Bij een voorwaartse samentrekking staan alle woorden voor in de zin.

Slide 9 - Slide

Soorten samentrekking
1) Voorwaartse samentrekking = je noemt het gezamenlijke deel in het eerste deel van de samentrekking en verderop laat je dat weg. 
                                              Een eerdere versie en een latere (-) . 
                                              Een goedkope armband en een dure (-).

2) Achterwaartse samentrekking = je noemt het gezamenlijke deel in het tweede deel van de samentrekking en eerder laat je dat weg.
                                         Een nationaal [-] en internationaal overleg.
                                         In voor- en in tegenspoed.

Slide 10 - Slide

Samentrekking op 3 niveaus 
  1.  Woordniveau -  op de plaats van het samengetrokken woorddeel wordt een streepje geschreven:   (voorwaarts)boekenschrijvers en -lezers; (achterwaarts) honden- en kattenhotel. 
  2. woordgroepniveau - binnen een woordgroep worden een of meer hele woorden weggelaten: (voorwaarts) uitwonende broers en (-) zusters:  (achterwaarts)brede (-) en smalle straten.
  3. Zinsniveau -één of meer zinsdelen die twee keer voorkomen, worden weggelaten: (voorwaarts) Jeroen gaat op de fiets en Tamara (-) op de scooter. (achterwaarts)  Wij schaatsen (-) en onze kinderen sleeden in die strenge winter elke dag. 

Slide 11 - Slide

Zij doet werk op gemeentelijk en op provinciaal niveau.

A
Voorwaartse samentrekking
B
Achterwaartse samentrekking

Slide 12 - Quiz

De trainer leert je onderhands werpen en bovenhands.
A
Voorwaartse samentrekking
B
Achterwaartse samentrekking

Slide 13 - Quiz

De outlet heeft schitterende zomer- en winterjassen in de aanbieding.

A
Voorwaartse samentrekking
B
Achterwaartse samentrekking

Slide 14 - Quiz

Zij zijn verzekerd tegen brand-, water- en stormschade.

A
Samentrekking op woordniveau
B
Samentrekking op woordgroepniveau
C
Samentrekking op zinsniveau

Slide 15 - Quiz

In de plannen van het nieuwe kabinet kan en zal iedereen erop vooruitgaan.


A
Samentrekking op woordniveau
B
Samentrekking op woordgroepniveau
C
Samentrekking op zinsniveau

Slide 16 - Quiz

De activiteiten zijn gepland in en naast de sporthal.



A
Samentrekking op woordniveau
B
Samentrekking op woordgroepniveau
C
Samentrekking op zinsniveau

Slide 17 - Quiz