Pluriforme samenleving

Pluriforme samenleving
1 / 23
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Pluriforme samenleving

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Link

This item has no instructions

Ykerim Krol

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel paragraaf 1

Aan het eind van deze les kun je...

- uitleggen wat een pluriforme samenleving inhoudt.
- herkennen en uitleggen wat een dominante-/sub- en tegencultuur is.
- verschillende factoren van culturele diversiteit benoemen

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Waar denk jij aan bij
een pluriforme samenleving?

Slide 5 - Mind map

This item has no instructions

Cultuur
"alle waarden, normen en gewoonten die mensen binnen een groep of samenleving met elkaar delen"
Cultuur wordt vaak geassocieerd met beschaving en kunst, maar het begrip heft dus een veel bredere betekenis!

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Dominante- / sub- / tegencultuur
dominante cultuur: alle  waarden/normen/gewoonten die de meerderheid van de bevolking deelt

subcultuur: wanneer binnen een groep waarden/normen/andere cultuurkenmerken afwijken van de dominante cultuur

tegencultuur: groepen die zich verzetten tegen (delen van) de dominante cultuur of een bedreiging daar tegen vormen.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Wat is een voorbeeld/zijn voorbeelden van een subsultuur?
A
Friezen
B
Gothics
C
Jehova's getuigen
D
Ajax-supporters

Slide 8 - Quiz

"thais-Nederlandse studente die in haar vrije tijd in een punkband speelt, boeddhist is en zich inzet voor Groen-Links: 5 subculturen in 1"
Culturele diversiteit in...
stad versus platteland
jong versus oud
beroep / maatschappelijke positie
mannen versus vrouwen
ethniciteit (allochtoon/autochtoon)
godsdienst
Allochtoon: wanneer jij zelf of tenminste één van jouw ouders in het buitenland is geboren
Autochtoon: wanneer jij zelf in NL bent geboren en opgegroeid, neta ls jouw (groot-)ouders

MAAR: deze termen zijn te generaliserend, zorgen voor tweedeling in de samenleving! Nu: "mensen met een migratieachtergrond" ipv allochtoon.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Cultuur
Cultuur afhankelijk van tijd, plaats op een groep

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Individualistische cultuur/Collectivistische cultuur.

Individualistische cultuur.
Nadruk: Persoonlijke ontwikkeling, individuele vrijheid
Collectivistische cultuur.
Nadruk: Belang groep, hechte band

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Feminiene cultuurMasculiene cultuur/

Masculiene cultuur
Rollen man en vrouw duidelijk gescheiden.
Feminiene cultuur
Rollen man en vrouw niet gescheiden, lopen in elkaar over.


Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel paragraaf 2

Aan het eind van deze les kun je...

- het verschil tussen nature and nurture uitleggen.
- het proces van socialisatie uitleggen (wat, waar, hoe, waar leidt het tot)

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Rolpatroon
Algemene verwachtingen over hoe iemand zich hoort te gedragen

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Persoonlijke identiteit
Iedereen ontwikkelt een persoonlijke identiteit. Dit zijn je aangeboren eigenschappen en je eigen culturele voorkeuren, zoals de muziek waar je van houdt.


Sociale identiteit
Je sociale identiteit bestaat uit de groepen en culturen waarmee je je verbonden voelt. We noemen dit ook wel groepsidentificatie.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Video

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Cultuuroverdracht - socialisatie
"het proces waarbij iemand de waarden, normen en andere cultuurkenmerken van zijn samenleving of groep aanleert

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

socialisatie
- imitatie
- informatie 
- sociale controle 
- imitatie : anderen nadoen
- informatie : overbrengen van informatie door ouders/school/media
- sociale controle : anderen die je gedrag bijsturen
                   - formele sancties (vastgelegd (boetes of diplopa)) 
                   - informele sancties (niet vastgelegd (complimenten of straf))




Slide 19 - Slide

This item has no instructions

internalisatie

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Socialiserende instituties
Groepen en organisaties die specifieke waarden,normen en gewoonten overdragen

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Link

This item has no instructions

Slide 23 - Link

This item has no instructions