Les 2 plusklas

  • Regarder
  • Les devoirs
  •  Écouter et parler
Le but: à la fin de ce cours:
  • kan ik een vlog begrijpen over David en zijn huis
  • heb ik nieuwe woorden geleerd
  • heb ik geoefend met luisteren en praten.

1 / 19
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

  • Regarder
  • Les devoirs
  •  Écouter et parler
Le but: à la fin de ce cours:
  • kan ik een vlog begrijpen over David en zijn huis
  • heb ik nieuwe woorden geleerd
  • heb ik geoefend met luisteren en praten.

Slide 1 - Slide

Regarder
Lees de vragen bij exercice 1

Slide 2 - Slide

Les devoirs
3, 4a en 4b blz 119, 120

Slide 3 - Slide

Je gaat het filmpje in de volgende slide bekijken.  Twee Franse jongeren stellen zichzelf voor, Inès en Mayeul. Zij laten allebei hun huis zien.

Tijdens het kijken ga je opschrijven welke ruimtes zij laten zien. Schrijf dit op in het Frans.
 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Link

Welke ruimtes heb je gezien, schrijf ze op in het Frans

Slide 6 - Open question

La chambre
L'entrée
Le salon
La salle de bain
La cuisine

Slide 7 - Drag question

Quel est le logement que tu préfères? La maison d'Inès ou l'appartement de Mayeul? Dis pourquoi.
Pour aider: Maison, appartement, joli(e), claire, moderne, ancien(ne), petit(e), grand(e)
timer
4:00

Slide 8 - Slide

Les devoirs
Leren apprendre 1 en 2

Slide 9 - Slide

Luister naar de tekst en lees mee!

Slide 10 - Slide

Waar woont Sandrine?
A
in een villa
B
op een boot
C
in een iglo
D
in een appartement

Slide 11 - Quiz

Hoe oud is Sandrine?
A
11
B
12
C
13
D
14

Slide 12 - Quiz

Wat vindt Sandrine ervan om op het water te wonen?
A
leuk
B
stom
C
saai
D
geweldig

Slide 13 - Quiz

Is het groot bij Sandrine?
A
ja de boot wel maar haar kamer niet
B
nee de boot is klein, maar ze heeft wel een grote kamer
C
Het is als een normaal huis
D
Het is allemaal heel klein

Slide 14 - Quiz

Welke ruimtes beschrijft Sandrine (in NL)

Slide 15 - Mind map

Sandrine woont op een boot. Wat betekent "sur"
A
in
B
op
C
onder
D
naast

Slide 16 - Quiz

C'est comme une maison normale. Wat betekent "comme"
A
onze
B
als
C
zoals
D
dus

Slide 17 - Quiz

On a une salle de séjour. Wat betekent " on a"
A
Wij zijn
B
Wij hebben
C
Hij heeft
D
Zij heeft

Slide 18 - Quiz

Schrijf in het Frans op hoe je heet, hoe oud je bent en waar je woont.

Slide 19 - Open question