Neus- maag sonde + sondevoeding

1 / 31

Slide 1: Slide

Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1,2

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Lesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Welke indicaties zijn er om sondevoeding toe te dienen?

Slide 3 - Open question

Slide 4 - Slide

Welke aandachtspunten zijn er bij het inbrengen van een neus- maag sonde?

Slide 5 - Open question

Slide 6 - Slide

Welke complicaties zouden kunnen optreden tijdens het inbrengen?

Slide 7 - Mind map

Slide 8 - Slide

Mogelijke complicaties die kunnen optreden tijdens het toedienen van sondevoeding zijn:

Aspiratie

Misselijkheid / braken

Verstoord defecatiepatroon

Ontstekingen in de mond

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Stelling: Je kunt sondevoeding op 3 verschillende manieren toedienen.

Waar

Niet waar

Slide 13 - Poll

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

tot zo ver

Slide 17 - Slide

Welke verschillende soorten sondes ken je?

Slide 18 - Mind map

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Via welke methode kun je de lengte bepalen van een neus- maag sonde?

Slide 21 - Open question

Slide 22 - Slide

De pH waarde van maagsap moet zijn:

> 8,5

< 14,5

< 5,5

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

Slide 27 - Slide

Let op: dompelen en draaien mag niet altijd.

PEG met interne fixatiedisk: wel dompelen, niet draaien.

PEJ: wel dompelen, wel draaien.

PEG-J: wel dompelen, niet draaien.

Sonde met fixatieballon, PRG-sonde: dompelen volgens afspraak, wel draaien.

Button: draaien volgens afspraak.

Dompelen: duw de sonde 5 cm naar binnen, zodat de interne fixatiedisk loskomt van de maag/darmwand. Frequentie in overleg met de arts.

Draaien: draai eenmaal daags een volledige slag om de lengteas, zowel linksom als rechtsom.

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Video

Slide 31 - Slide