What is LessonUp
Search
Channels
AI tools
Log in
Register
‹
Return to search
W23 NE 2BL redekundig ontleden les 4; lijdend voorwerp (lv)
1 / 22
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 1,2
This lesson contains
22 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
2 videos
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Na deze les kan je het lijdend voorwerp in een zin vinden.
Slide 2 - Slide
Je weet al
hoe je de persoonsvorm kunt vinden
hoe je de zin moet verdelen in zinsdelen
hoe je het onderwerp kunt vinden
hoe je het werkwoordelijk gezegde kunt vinden
Slide 3 - Slide
Leerdoel
weten hoe je een lijdend voorwerp in een zin moet vinden.
een lijdend voorwerp in een zin kunnen vinden.
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Video
De postbode | gaf | het pakketje | aan de buren.
Wat is het lijdend voorwerp?
A
gaf
B
de postbode
C
het pakketje
D
aan de buren
Slide 6 - Quiz
Laura | heeft | haar huiswerk | toch | gemaakt.
Wat is het lijdend voorwerp?
A
Laura
B
haar huiswerk
C
toch
D
heeft gemaakt
Slide 7 - Quiz
Welke twee vragen kun je stellen om het lijdend voorwerp te vinden?
Slide 8 - Open question
Hebben | jullie buren | ook | een dure vakantie | geboekt | via die site?
Wat is het lijdend voorwerp?
A
jullie buren
B
via die site
C
een dure vakantie
D
hebben geboekt
Slide 9 - Quiz
Klopt dit?
In een zin zit altijd een lijdend voorwerp.
A
nee
B
ja
Slide 10 - Quiz
Klopt dit?
Een lijdend voorwerp begint nooit met een voorzetsel (zoals op, in, aan, met, voor e.d.).
A
nee
B
ja
Slide 11 - Quiz
ontleden
1.pv
2.wwg
3. zinsdelen
4. ow
5. lijdend voorwerp
Slide 12 - Slide
Wat is de PV in deze zin?
(Persoonsvorm)
De leeuw beet de man.
Slide 13 - Open question
Wat is het WWG in deze zin?
(werkwoordelijk gezegde)
De leeuw beet de man.
Slide 14 - Open question
Wat is het OW in deze zin?
(onderwerp)
De leeuw beet de man.
Slide 15 - Open question
Wat is het LV in deze zin?
(Leidend voorwerp)
De leeuw beet de man.
Slide 16 - Open question
1. De voorzitter heeft een mooie toespraak gehouden.
2.De slager brengt de bestellingen naar de klanten.
3. De burgemeester zal morgen de school openen.
4. Ik wandel vandaag 5 kilometer.
Opdracht 1
Schrijf over.
Zet streepjes tussen de zinsdelen.
Benoem de zinsdelen.
Slide 17 - Slide
Upload opdracht 1
Slide 18 - Open question
Oefenen
https://www.jufmelis.nl/zinsontleding/lijdend-voorwerp/lijdend-voorwerp-1
https://www.jufmelis.nl/zinsontleding/lijdend-voorwerp/lijdend-voorwerp-2
https://www.cambiumned.nl/oefeningen/oefening-1-lijdend-voorwerp/#
https://www.cambiumned.nl/oefeningen/oefening-2-lijdend-voorwerp/
https://maken.wikiwijs.nl/117671#!page-4003380
https://maken.wikiwijs.nl/117671#!page-4003389
https://maken.wikiwijs.nl/117671#!page-4003392
http://www.passito.be/index_bestanden/nederlands/lv01.htm
Slide 19 - Slide
Wat heb je geleerd?
Slide 20 - Open question
Waar wil je nog uitleg over?
Slide 21 - Open question
Slide 22 - Video
More lessons like this
Creatief schrijven & spelling les 7: bezitsvormen
February 2023
-
23 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
herhaling grammatica Kapitel 5
July 2025
-
14 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Talent 3.7 Grammatica Meewerkend voorwerp
November 2023
-
26 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 2-4
toetsstof hoofdstuk 1 Talent
October 2025
-
19 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
persoonlijk voornaamwoorden + o/lv/mv naamvallen M3
July 2025
-
18 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t, vwo
Leerjaar 3
Quizje zinsdelen herhaling brugklas
September 2024
-
10 slides
Quiz!
Creatief schrijven & spelling les 6: verkleinwoorden
February 2023
-
34 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Les 2: Oog dl2
July 2025
-
28 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4