Paragraaf 7.5/6.1: Kringlopen

Welkom!
Pak je spullen:
  • Laptop
  • Biologie boek
  • Schrift voor aantekeningen
  • Pen
  • Mobiel in de tas!

1 / 33
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Welkom!
Pak je spullen:
  • Laptop
  • Biologie boek
  • Schrift voor aantekeningen
  • Pen
  • Mobiel in de tas!

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?

  • Herhaling paragraaf 5.4 (VWO) en paragraaf 7.4 (HAVO)
  • Uitleg Paragraaf 6.1 (thema 6: milieu en duurzaamheid) (VWO) en Paragraaf 7.5 (HAVO)

  • Zelfstandig werken

Slide 2 - Slide

Succesie?

Slide 3 - Mind map

Primaire vs. secundaire succesie?

Slide 4 - Mind map

Pionier vs. climaxecosysteem?

Slide 5 - Mind map

Dus wat is het tolerantiegebied van deze soort?

Slide 6 - Slide

Verstoring biologisch evenwicht Nederland: Oostvaardersplassen

Slide 7 - Slide

0

Slide 8 - Video

Paragraaf 7.5/6.1: Kringlopen

Slide 9 - Slide

Lesdoelen
1. Ik kan de koolstofkringloop in hoofdlijnen beschrijven en schema’s hiervan interpreteren.

2. Ik kan de stikstofkringloop in hoofdlijnen beschrijven en schema’s hiervan interpreteren.

Slide 10 - Slide

Koolstofkringloop
  • Opdeling in twee verschillende groepen organismen: autotrofe en heterotrofe organismen.

  • Autotrofe organismen kunnen uit anorganische stoffen organische stoffen maken. Hierbij maken ze gebruik van chloroplasten en lichtenergie (fotosynthese).

  • Heterotrofe organismen: organische stoffen uit andere organische stoffen. Voor de organische stoffen zijn zij afhankelijk van autotrofe organismen.

  • Dode resten en andere afvalproducten van organismen heet detritus of afval. Dit wordt afgebroken door dierlijke afvaleters en reducenten tot CO2, dat weer door autotrofe organismen opgenomen kan worden.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

N

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Link

Slide 18 - Link

Stikstofkringloop
  • Organisch gebonden stikstof komt vooral voor in eiwit, nucleotiden en nucleïnezuren. Stikstof komt ook voor in afvalproducten als ureum.
  • Producenten nemen stikstof op via NO3- of NH4+. Stikstoffixerende bacteriën kunnen N2 uit de lucht omzetten in bruikbare stikstof voor planten. Dit kan alleen anaeroob. Vandaar dat deze bacteriën in symbiose leven met planten. 
  • Consumenten halen stikstof alleen uit plantaardige eiwitten.
  • Reducenten zetten via ammonificatie stikstofhoudende verbindingen om in NH3. De ammoniak (NH3) wordt door nitrificerende bacteriën omgezet in nitriet en vervolgens in nitraat.
  • Bij denitrificatie wordt nitraat door bacteriën omgezet in stikstofgas. 

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Link

Groenbemesting
Bij groenbemesting wordt klaver op stikstofarme grond geteeld, waarna deze omgeploegd wordt. Klaver leeft in symbiose met stikstofbindende bacteriën (knolletjesbacteriën), waardoor extra stikstof in de bodem komt. Door om te ploegen, blijft de stikstof beschikbaar voor nieuwe planten. Als planten geoogst worden, wordt de stikstof die als eiwitten aanwezig zijn in de plant onttrokken aan de bodem. De kringloop wordt onderbroken.

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Link

Fotochemische stikstofbinding
Bij fotochemische stikstofbinding reageert N2 met ozon (O3) tot nitraat, die zo beschikbaar komt voor planten.

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

En nog een interessante video over
de invloed van algen op klimaat

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Video

Slide 30 - Link

Aan de slag!

HAVO:
Paragraaf 7.5: opdrachten 30 t/m 38

VWO:

Paragraaf 6.1: opdrachten 1 t/m 16

Slide 31 - Slide

Nabespreking:

  • Zijn er nog vragen?

  • Hoe vonden jullie de les?




Slide 32 - Slide

Tot slot:
Schuif je stoel aan
en
Ruim je afval op


Tot de volgende les!

Slide 33 - Slide