Les 11 - Voedsel van ver

• Wereldoriëntatie
• Basisschool
• Groep 5,6

WELKOM!

- Jas aan de kapstok

- Telefoon in de bak

- Kauwgom in de prullenbak

Ga lekker zitten

Wereldoriëntatie

Blok 3

Volgende week:
Toetsles
24 november

Overzicht van deze les 

- Wie is er wel/wie niet

- Hoe gaat het met je?

- Verwachtingen

- Wat gaan we doen

Wat verwacht ik van jullie?

Wat mogen jullie van mij verwachten?

- Je luistert stil naar de instructie of als een ander praat.

- Je bemoeit je niet met een ander. En en concentreert je op je eigen werk. 

- Je doet actief mee met de lessen.

- Je stelt vragen wanneer je iets niet begrijpt.

* Ik geef je uitleg over de lesstof.

* Ik bied je hulp als je er niet uitkomt.

* Ik luister naar je als je iets wil vertellen of vragen.

* Ik spreek je aan als dit nodig is.

Wat gaan we doen?

- Voorkennis

- Doel van deze les

- Instructie

- Aan de slag!

- Afsluiting

Wat is jouw favoriete
fruitsoort?

Komt dit fruit uit Nederland?

Ja

Nee

Doel van de les

- Ik leer:

* over duurzaamheid en voedsel.

* over seizoensgroenten en fruit.

Werkblad

Opdracht 1- Fruit en groenten
Werk samen in een tweetal:

- Teken 3 soorten groenten en fruit,
schrijf de naam eronder.
- Zoek op internet uit welk land ze komen en teken de vlag erbij. 

Werkblad

Opdracht 1- Fruit en groenten

- Welke dingen zijn er vanaf het plukken tot de supermarkt gebeurd met dit fruit denk je?


Bekijk hier het filmpje over groente en fruit! Ga daarna verder met het werkblad.

www.wwf.nl

Waarom is het niet altijd goed als groenten en fruit van ver komen?

Wat kan je beter doen?

Vind jij het nodig om op ieder moment te kunnen eten wat je wilt?

Ja

Nee

Werkblad

Welke weetjes wist jij al?

Zet een streep bij deze op je blad.

Drakenfruit - Indonesië

Lychee -

Zoek zelf eens een voorbeeld van exotisch fruit. Stuur de foto en de naam naar het bord.

Kakifruit
Spanje

Pomelo
China

Proeven

maar!!

Granaatappel
Spanje

Kokosnoot
Ivoorkust

Proeven

maar!!

Werkblad

Opdracht 5- Seizoenskaart

Op aarde hebben we te maken met seizoenen. 

Er bestaan seizoensgroenten en seizoensfruit. Dat is heel logisch, want niet alles groeit in dezelfde maanden.

Maak de opdracht van je werkblad.
Werk in 2 -tallen. 

Toekomstvraag

Afsluiting

- Letten jullie thuis op welke fruit en groenten er van het seizoen zijn?

- Ga je dat nu meer doen denk je?

Tips voor de volgende keer.

Tops van deze les.