criminaliteit paragraaf 1 en 2 wat is criminaliteit en oorzaken

Wat is criminaliteit?
Maatschappijleer 07-01-2021
1 / 26
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmboLeerjaar 4

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Wat is criminaliteit?
Maatschappijleer 07-01-2021

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Asociaal of ook strafbaar
Asociaal gedrag 
Je houdt geen rekening met anderen.

Strafbaar gedrag
Als je de wetsregels overtreedt. Je pleegt dan een delict.

Slide 3 - Slide

Overtreding of misdrijf
Overtredingen:
  • Minder ernstige strafbare feiten.
  • Worden meestal met een boete afgedaan.
Bijvoorbeeld: door rood rijden, vissen zonder vispas, zwartrijden, wildplassen.


Misdrijven:
  • Ernstige strafbare feiten.
  • Er is altijd een officier van justitie bij betrokken.
Bijvoorbeeld: rijden onder invloed, mishandeling, drugshandel, diefstal, moord.

Slide 4 - Slide

Opgepakt voor een misdrijf?

Wanneer je voor een misdrijf wordt opgepakt, horen daar zwaardere maatregelen bij:
  • Je wordt door de politie verhoord en moet misschien voor   langere tijd op het bureau blijven.
  • Er gelden bij veroordeling zwaardere straffen.
  • Als je ouder bent dan 12 jaar krijg je een strafblad.

Slide 5 - Slide

Wanneer ben je een crimineel?

Niet iedereen die een overtreding begaat, is meteen crimineel. Meestal noem je iemand crimineel wanneer er sprake is van een misdrijf.

Criminaliteit
Alle misdrijven zoals die in de wet staan.

Slide 6 - Slide

Afhankelijk van tijd en plaats

Wat wel of niet strafbaar is, verschilt per tijd en plaats (plaatsgebonden). 

Het Wetboek van Strafrecht wordt daarom af en toe aangepast aan de nieuwe tijd en
nieuwe wensen. 

Slide 7 - Slide

Is levenslang in Nederland ook écht levenslang?
A
Ja
B
Nee, dit is maximaal 25 jaar

Slide 8 - Quiz

Hoeveel cannabis mag je bij je dragen?
A
1 gram
B
10 gram
C
5 gram
D
7 gram

Slide 9 - Quiz

Tot welke leeftijd moet je verplicht naar school?
A
16
B
17
C
18
D
19

Slide 10 - Quiz

Mag je een joint roken op straat?

A
Ja
B
Nee, hoewel gebruik is toegestaan, is bezit verboden.

Slide 11 - Quiz

Is te hard rijden met dodelijk gevolg een overtreding?
A
Ja
B
Nee, dit is doodslag en dus een misdrijf

Slide 12 - Quiz

Zijn de meeste criminelen
niet-westerse allochtonen?
A
Nee, in absolute cijfers zijn er meer autochtonen verdacht
B
Ja

Slide 13 - Quiz

Hoeveel moorden worden er in Nederland gepleegd per jaar?
A
200
B
163
C
118
D
125

Slide 14 - Quiz

Slechte opvoeding (1)

Ouders hebben een voorbeeldfunctie, maar dat voorbeeld kan ook verkeerd zijn.

Het aanleren van verkeerde normen en waarden.

Slide 15 - Slide

Groepsdruk (2)
= Het gevoel hebben dat je je moet aanpassen aan de gewoonten van de groep.

Meegaan in het vertonen van crimineel gedrag uit angst om er anders niet bij te horen.

Slide 16 - Slide

Alcohol of drugs (3)
Onder invloed vertonen mensen ander gedrag dan wanneer zij nuchter zijn.

Bij 40% van de geweldsmisdrijven is er alcohol gedronken.

Slide 17 - Slide

Spijbelen en schooluitval (4)



Het is bewezen dat jongeren die veel spijbelen of van school gaan zonder diploma vaker in aanraking komen met justitie.

Slide 18 - Slide

Biologische factoren (5)


Als je een (psychische) stoornis hebt kan je extreem agressief reageren en daardoor eerder geweld plegen.

Slide 19 - Slide

Opvallende cijfers
Jongens en mannen

Jongeren (15 - 25 jaar)

Niet-westerse migratie achtergrond

Slide 20 - Slide

Maatschappelijke omstandigheden 

Naast persoonlijke kenmerken zijn er ook algemene omstandigheden die crimineel gedrag kunnen versterken:

1. Slechte leefomstandigheden.
2. Minder strenge normen.
3. Minder sociale controle.

Slide 21 - Slide

Een groep jongens met een paar biertjes op daagt een aantal voorbijgangers uit om te gaan vechten.
A
Groepsdruk
B
Alcohol of drugs
C
Spijbelen en schooluitval
D
Biologische factoren

Slide 22 - Quiz

Yolance trapt in een halfdronken bui een deuk in het portier van een auto. Voorbijgangers lopen door en zeggen niets.
A
Groepsdruk
B
Biologische factoren
C
Slechte opvoeding
D
Alcohol en drugs

Slide 23 - Quiz

Ossama is met Franklin naar de MacDonalds geweest en zij gooien daarna hun afval op straat. Daar ligt al zoveel zwerfafval dat het toch niet uitmaakt, vinden ze.
A
Groepsdruk
B
Biologische factoren
C
Slechte opvoeding
D
Schooluitval en spijbelen

Slide 24 - Quiz

Yuri heeft een hekel aan school en tijdens het spijbelen bedenkt hij samen met zijn vriend een overval op een avondwinkel.
A
Groepsdruk
B
Alcohol of drugs
C
Slechte opvoeding
D
Spijbelen en schooluitval

Slide 25 - Quiz

Huiswerk 9 maart
paragraaf 1 en 2 van het hoofdstuk criminaliteit 

Slide 26 - Slide