Herhaling bijwoord en voorzetsel.

1 / 10

Slide 1: Slide

NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 10 slides, with text slides.

Lesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Herhaling bijwoord en voorzetsel.

Slide 1 - Slide

Vandaag:

Herhalen H. 36 Bijwoord en voorzetsel (blz. 146)

Je leert hoe je bijwoorden en voorzetsels herkent in een zin.

Slide 2 - Slide

Bijwoord: geeft extra informatie.

Nooit bij een zelfstandig naamwoord.

Bij een werkwoord: De auto rijdt hard.

Bij een bijvoeglijk naamwoord: Ze is een erg goede keeper.

Bij een hele zin: Gelukkig is het opgelost.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

timer

7:00

Overleg alleen fluisterend.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Overleg alleen fluisterend.

timer

7:00

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Overleg alleen fluisterend.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Herhaling bijwoord en voorzetsel.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

More lessons like this

Herhaling bijwoord en voorzetsel.

L7 Woordsoorten

Herhaling voornaamwoorden

C2L45 Herhaling woordsoorten

Herhaling spelling

L3 Taalbeschouwing: woordleer

herhalen woordbenoemen

Herhaling nauwkeurig formuleren