5.3 Hoe vrij is de handel?

Hoofdstuk 5: Nederland handelsland

Paragraaf 5.3 Hoe vrij is de handel?
1 / 17
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 5: Nederland handelsland

Paragraaf 5.3 Hoe vrij is de handel?

Slide 1 - Slide

Planning
- Herhalen paragraaf 5.2
- Uitleg paragraaf 5.3 
- Opdracht 20 (blz. 146) samen maken
- Zelfstandig werken aan paragraaf 5.2 & 5.3 
--> Huiswerk deze week

Slide 2 - Slide

Herhaling lesdoelen 5.2

Slide 3 - Slide

Lesdoelen 5.3
- Waarom er handelsbelemeringen zijn
- Welke handelsbelemeringen er zijn
Hoe de Europese Unie omgaat met vrijhandel

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

7.3 Hoe vrij is de handel?
Protectiemaatregelen
  • invoerrechten
  • Contingentering
  • Invoerverbod
  • Exportsubsidie
Douanerechten of importheffingen. 
Belasting op ingevoerde producten
Importquota. Er mag een maximum aantal producten worden ingevoerd.
De overheid geeft subsidie aan exporterende bedrijven.
Bepaalde goederen mogen helemaal niet worden ingevoerd.
Maatregelen waarmee de productie en werkgelegenheid van bedrijven in een land (of bijv. Europa) beschermt worden tegen concurrentie van buitenaf.

Slide 6 - Slide

7.3 Hoe vrij is de handel?
  • Stel een Nederlandse boer krijgt subsidie op basis van de hoeveelheid melk die hij produceert.
  • Wat gebeurt er met de prijs van melk?
  • Wat zou een arme boer in Afrika hiervan kunnen merken?

Slide 7 - Slide

7.3 Hoe vrij is de handel?
WTO (World Trade Organisation)
  • Wereld Handelsorganisatie
  • Helpen landen bij het maken van onderlinge afspraken over het afschaffen van protectiemaatregelen

Slide 8 - Slide

Noem drie protectiemaatregelen.

Slide 9 - Open question

Wat is een ander woord voor protectionisme
A
protectiemaatregelen
B
invoerrechten
C
handelsbelemmeringen
D
handelsbevordering

Slide 10 - Quiz

Wel of geen invoerrechten
betaal je invoerrechten als je kleding bij een bedrijf in Italië koopt?
A
Je betaalt wel invoerrechten
B
Je betaalt geen invoerrechten

Slide 11 - Quiz

Invoerrechten zijn ...
A
een belasting.
B
een subsidie.

Slide 12 - Quiz

Contigentering betekent ...
A
beperking van de export van een product tot een bepaalde hoeveelheid.
B
vergroting van de import van een product tot een bepaalde hoeveelheid.
C
beperking van de import van een product tot een bepaalde hoeveelheid.

Slide 13 - Quiz

Wat hoort bij vrijhandel?
A
Contingentering
B
Exportsubsidie
C
Importheffing
D
Geen belemmeringen

Slide 14 - Quiz

wat is GEEN voorbeeld van protectie?
A
contingentering
B
uitvoerrechten
C
exportsubsidie
D
invoerrechten

Slide 15 - Quiz

Binnen de Europese Unie (EU) is er vrijhandel.
Kies welke invloed vrijhandel heeft op de concurrentie binnen de EU.
A
De concurrentie verandert niet door vrijhandel.
B
Er ontstaat meer concurrentie door vrijhandel.
C
Er ontstaat minder concurrentie door vrijhandel.

Slide 16 - Quiz

Waar staan de letters WTO voor in het Nederlands
A
Wereldorganisatie
B
Wereldhandel
C
Wereldsamenwerkings- organisatie
D
Wereldhandels- organisatie

Slide 17 - Quiz