6.3 Revolutie buiten Frankrijk

Tijd van pruiken en revoluties
H6 Revolutie! Alles moet anders.
Par. 6.3 Revolutie buiten Frankrijk
1 / 21
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Tijd van pruiken en revoluties
H6 Revolutie! Alles moet anders.
Par. 6.3 Revolutie buiten Frankrijk

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen hoe de Franse Revolutie eindigde.
  • Je kunt uitleggen welke ideeën van de revolutie Napoleon over Europa verspreidde.
  • Je kunt uitleggen dat de nieuwe ideeën over vrijheid en gelijkheid pas na enige tijd zorgden voor afschaffing van de slavernij in de koloniën.
  • Je kent de begrippen en jaartallen uit deze paragraaf.

Slide 2 - Slide

Het einde van de revolutie
  • De revolutie zorgde voor grote veranderen in Frankrijk.
  • Koningen uit andere landen waren ongerust! 
  • Bang dat hun onderdanen ook vrijheid en gelijkheid wilden.
  • In de meeste landen hadden koningen alle macht.
  • En hadden edelen en geestelijken voorrechten.

Slide 3 - Slide

Het einde van de revolutie
  • Fransen bang dat koningen uit andere landen Frankrijk zouden aanvallen om einde te maken aan de revolutie.
  • Daarom viel Frankrijk in 1792 zelf Oostenrijk aan.

Slide 4 - Slide

Het einde van de revolutie
  • Daarna raakte Frankrijk ook in oorlog met Pruisen, Groot-Brittannië en de Republiek. 
  • De Fransen voerden jarenlang oorlog.

Slide 5 - Slide

Het einde van de revolutie
  • Door al die oorlogen bleef het in Frankrijk onrustig. 
  • Het volk was ontevreden: 
  1. de voedselprijzen stegen
  2. belastingen werden steeds verhoogd. 
  • Regelmatig opstanden, die door het leger moesten worden neergeslagen. Leger steeds belangrijker.

Slide 6 - Slide

Het einde van de revolutie
  • In 1799 pleegde een jonge generaal, Napoleon Bonaparte, een staatsgreep
  • Dat is een plotselinge overname van de macht, vaak met hulp van het leger.

Slide 7 - Slide

Het bestuur van Napoleon
  • Napoleon maakte van Frankrijk een dictatuur
  • Dat betekent dat hij alleen de macht had.
  • Burgers hadden dus geen invloed meer op het bestuur. 

Slide 8 - Slide

Het bestuur van Napoleon
  •  Napoleon maakte zelf nieuwe wetten, 
  • besliste als enige over oorlog 
  • en benoemde zelf de rechters.

Slide 9 - Slide

Het bestuur van Napoleon
  • Napoleon liet een aantal dingen uit de Franse Revolutie bestaan. 

  • Ten eerste hadden alle burgers dezelfde grondrechten.
  • Iedereen was gelijk, er was geen standenmaatschappij meer. 

Slide 10 - Slide

Het bestuur van Napoleon
  • Ten tweede maakte Napoleon één wetboek voor heel Frankrijk. 
  • Voor het eerst golden in het hele land en voor alle burgers dezelfde wetten.

Slide 11 - Slide

Het bestuur van Napoleon
  • Ook voerde Napoleon de burgerlijke stand in. 
  • Dat is een lijst waarin het bestuur vastlegt wanneer alle burgers zijn geboren, zijn getrouwd en zijn overleden. 
  • Alle Fransen moesten zich in hun woonplaats laten inschrijven bij het bestuur.
  • Hierdoor wist Napoleon hoeveel inwoners Frankrijk had, wie belasting moest betalen en wie oud genoeg was voor het leger.

Slide 12 - Slide

Het bestuur van Napoleon
  • Veel Fransen blij met Napoleon. 
  • Hij zorgde voor orde en rust.
  • Napoleon veroverde met zijn  leger bijna heel Europa.
  • Overal waar Napoleon de macht kreeg, voerde hij zijn wetboeken, de burgerlijke stand en de dienstplicht in.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Ongelijkheid in de koloniën
  • Ondertussen was er geen gelijkheid en vrijheid voor de mensen die in de Franse koloniën als slaven moesten werken.  
  • Zij hoorden wel over de Franse Revolutie en de nieuwe ideeën. 
  • Dat leidde tot onrust. 

Slide 15 - Slide

Ongelijkheid in de koloniën
  •  In 1791 kwamen slaven in de Franse kolonie Haïti in opstand: 
  • zij verdreven de Fransen en stichtten hun eigen, onafhankelijke land.
  • Op de Nederlandse plantages in Curaçao mislukte een slavenopstand.

Slide 16 - Slide

Ongelijkheid in de koloniën
  • De ideeën over vrijheid en gelijkheid veranderden ook de ideeën over slavernij.
  • Sommigen vonden slavernij in strijd met de grondrechten die elk mens had. 
  • Anderen vonden vooral dat slavenhandel en slavernij wreed en onmenselijk waren.

Slide 17 - Slide

Ongelijkheid in de koloniën
  • Het duurde lang voordat slavernij afgeschaft werd.
  • Europeanen verdienden veel geld met slavenhandel en de verkoop van plantageproducten.

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Ongelijkheid in de koloniën
  • In 1807 verbood de Britse regering als eerste de handel in slaven. 
  • In 1833 schafte Groot-Brittannië ook de slavernij af. 
  • In 1863 verbood de Nederlandse regering slavernij.

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video