2.2 Ik werk

1 / 15
next
Slide 1: Slide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

This lesson contains 15 slides, with text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Aanwezigheid
Burgerschap is een verplicht onderdeel voor het behalen van je diploma.
Dit moet je afsluiten met een voldoende.

Hoe haal je een voldoende?
  • elke les aanwezig zijn: je mag 1 les missen.
  • mis je meer lessen? 
       dan moet je de opdrachten maken van de les die je gemist heb.

Slide 2 - Slide

Planning
week 1
n.v.t. (OV staking)
week 2
kritisch denken
week 3
2.1 waarom werk je?
week 4
2.2 ik werk
week 5
2.3 belastingen
week 6
2.4 ik heb geen baan
week 7
2.5 ik ben kritisch
week 8
2.6 ik ben bewust

Slide 3 - Slide

Actie voeren - CAO
Lees de kop van het artikel:
- waarom werd er actiegevoerd?
- kun je nog andere acties van het afgelopen 
jaar bedenken?

Slide 4 - Slide

CAO
Als je werkt heb je verplichtingen, maar ook rechten
In het CAO (collectieve arbeidsovereenkomst) staan alle afspraken over verplichtingen en rechten.

Bijvoorbeeld:
  • loon
  • toeslagen
  • werktijden
  • proeftijd
  • opzegtermijn
  • pensioen

Slide 5 - Slide

CAO
Een CAO is collectief, dat betekent voor een hele groep.
Dit is dus niet je persoonlijke contract, maar voor iedereen die bij jouw werkgever werkt.

Een CAO wordt afgesloten door meer werkgevers.
De afspraken gelden voor iedereen die in deze sector werkt.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

Arbeidsovereenkomst
Je hebt een baan!
Voordat je aan het werk gaat, krijg je een arbeidsovereenkomst

Een arbeidsovereenkomst is een afspraak tussen werkgever en werknemer.
De werkgever wordt verplicht loon te betalen.
De werknemer wordt verplicht werk te verrichten.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Opdracht: waarom werken we?
Boek: bladzijde 34, opdracht 7

Waarom is een arbeidsovereenkomst nodig?
Wat is het verschil tussen een arbeidsovereenkomst en een CAO?

Slide 11 - Slide

Arbeidsovereenkomst
Er zijn verschillende arbeidsovereenkomsten:
  • een contract voor bepaalde tijd: bijvoorbeeld een half jaar.
  • een contract voor onbepaalde tijd: in vaste dienst.
  • veel studenten hebben een oproepcontract of een nul-urencontract: het aantal uur staat niet vast.

Boek bladzijde 36, opdracht 9
- Bij welk contract heb je de meeste zekerheid?
- Voor wie is een nul-urencontract gunstig?
- Je hebt een nul-urencontract en wordt ziek, word je dan uitbetaald?

Slide 12 - Slide

1. loonheffing
2. Gegevens werkgever
3. Gegevens werknemer
4. Gewerkte uren
5. Vakantietoeslag
6. Brutoloon
7. Nettoloon
8. Minimumloon

Slide 13 - Slide

Jaaropgave
Als je werkt krijg je in januari/februari een jaaropgave.

Op een jaaropgave staat wat je bij één werkgever hebt verdiend.
Maar wat staat er precies op?

- je persoonlijke gegevens
- loontijdvak
- loonheffing
- loon zorgverzekeringswet
- verrekende arbeidskorting

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide