Op verkenning in het labo

1 / 71
next
Slide 1: Slide
ChemieToegepaste wetenschappen+1Secundair onderwijs

This lesson contains 71 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Wat is de functie van een pasteurpipet?
A
Het mengen van poedervormige stoffen.
B
Het nauwkeurig pipetteren van vloeistoffen.
C
Het snijden van kleine objecten.
D
Het meten van de temperatuur in de oven.

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Waarvoor gebruik je een statief met klem en noot in het labo?
A
Het bereiden van chemische oplossingen.
B
Het meten van de temperatuur in de ruimte.
C
Het vastzetten van glaswerk tijdens experimenten.
D
Het wegen van stoffen in het labo.

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Waarvoor gebruik je een maatcilinder in het labo?
A
Om een oplossing te bewaren.
B
Om een vloeistof zeer nauwkeurig af te meten.
C
Om een vloeistof ongeveer af te meten.
D
Om vaste stoffen fijn te malen.

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Je moet een vaste stof zorgvuldig afwegen. Welk labomateriaal gebruik je?

Slide 24 - Open question

This item has no instructions

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Welk labomateriaal gebruik je om een stof te laten indampen?
A
een horlogeglaasje
B
een maatbeker
C
een proefbuis
D
een kroesjestang

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Je moet een stof verwarmen op een driepikkel. Wat leg je boven de driepikkel?
A
een trechter
B
een horlogeglas
C
een roerstaaf
D
een draadnet

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Je wil een proefbuis verwarmen. Welk labomateriaal gebruik je?

Slide 37 - Open question

This item has no instructions

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Slide 45 - Slide

This item has no instructions

Slide 46 - Slide

This item has no instructions

Slide 47 - Slide

This item has no instructions

Slide 48 - Slide

3H: vanaf de trechter

Slide 49 - Slide

This item has no instructions

Je moet in een oplossing roeren. Wat gebruik je?

Slide 50 - Open question

This item has no instructions

Je wil een oplossing filtreren. Wat heb je nodig?
A
een trechter en filtreerpapier
B
een bekerglas en spatel
C
een maatkolf en volpipet
D
een mortier en stamper

Slide 51 - Quiz

This item has no instructions

Slide 52 - Slide

This item has no instructions

Slide 53 - Slide

This item has no instructions

Slide 54 - Slide

This item has no instructions

Slide 55 - Slide

This item has no instructions

Je wilt een vloeistof opwarmen. Welk materiaal gebruik je?

Slide 56 - Open question

This item has no instructions

Je wil een vaste stof fijnmalen om ze sneller te laten oplossen. Wat gebruik je?

Slide 57 - Open question

This item has no instructions

Waar kom je gevaarlijke stoffen tegen?

Slide 58 - Mind map

This item has no instructions

Welke informatie vind je terug op een veiligheidsetiket?

Slide 59 - Mind map

Les chemie 15/9

Slide 60 - Slide

This item has no instructions

Slide 61 - Slide

This item has no instructions

Wat betekent het signaalwoord “gevaar” op een etiket?
A
Er is geen gevaar.
B
Minder ernstig gevaar.
C
Enkel milieugevaar.
D
Ernstig gevaar.

Slide 62 - Quiz

This item has no instructions

Sleep de juiste onderdelen naar het etiket van citroenzuur.
productnaam
signaalwoord
gevaarpictogram(men)
H(azard)- en P(recaution)-zinnen
opslagplaats
watergevarenklasse

Slide 63 - Drag question

This item has no instructions

Slide 64 - Slide

This item has no instructions

Slide 65 - Slide

This item has no instructions

Slide 66 - Slide

This item has no instructions

Slide 67 - Slide

This item has no instructions


Wat betekenen de gevarensymbolen? 
Sleep het woord dat erbij past naar het symbool.
milieugevaarlijk
irriterend
giftig
ontplofbaar
bijtend
ontvlambaar

Slide 68 - Drag question

This item has no instructions

Slide 69 - Slide

This item has no instructions

Slide 70 - Slide

This item has no instructions

Hoe sorteer je chemisch afval in het labo?
A
Op kleur van de vloeistof.
B
Op geur van de stof.
C
Volgens soort stof en WGK.
D
Alles mag in de gootsteen.

Slide 71 - Quiz

This item has no instructions