Een onderschikkend voegwoord verbindt meestal een hoofdzin met een bijzin.
Ik ga goed leren, opdat ik een hoog cijfer haal.
Er zijn meer onderschikkende voegwoorden: als, dan, dat, doordat, hoewel, mits, nadat, of, omdat, opdat, tenzij, terwijl, toen, voordat, zodat en zodra.