3.3 Negatieve breuken A

3.3 Negatieve breuken

Het vereenvoudigen van breuken

1 / 22

Slide 1: Slide

WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

3.3 Negatieve breuken

Het vereenvoudigen van breuken

Slide 1 - Slide

Leerdoelen

- Breuken met negatieve getallen kunnen herleiden

- Weten dat je geen minteken in de letter of noemer laat staan

- Kunnen vermenigvuldigen en delen met negatieve breuken

Slide 2 - Slide

Programma

- Voorkennis Rekenen met breuken

- Theorie-uitleg 3.3 Het vereenvoudigen van breuken

- Zelfstandig aan het werk

Slide 3 - Slide

Voorkennis Breuken

Slide 4 - Slide

Breuken

teller

noemer

Slide 5 - Slide

\frac{​ 8 ​ ​}{​ 1 0 ​}

\frac{​ 4 ​ ​}{​ 5 ​}

: 2

Slide 6 - Slide

Breuken vereenvoudigen

Slide 7 - Slide

Vereenvoudig de breuk.
Maak in je antwoord gebruik
van / als deelstreep

\frac{​ 2 8 ​ ​}{​ 3 5 ​}

timer

1:00

Slide 8 - Open question

Breuken vereenvoudigen

Slide 9 - Slide

Zet de helen terug in de breuk:
Maak in je antwoord gebruik
van / als deelstreep

3 \frac{​ 2 ​ ​}{​ 5 ​}

timer

1:00

Slide 10 - Open question

Breuken optellen

De noemers moeten gelijk zijn!

Dan tel je de tellers op

teller

noemer

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 6 ​}

+ = =

\frac{​ 3 ​ ​}{​ 6 ​}

\frac{​ 4 ​ ​}{​ 6 ​}

\frac{​ 2 ​ ​}{​ 3 ​}

Slide 11 - Slide

De noemers moeten gelijk zijn!

Dan tel je de tellers bij elkaar op

Gelijknamig maken

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 5 ​}

\frac{​ 3 ​ ​}{​ 4 ​}

+ =

Slide 12 - Slide

Optellen en aftrekken van breuken

Breng de helen binnen de breuken
Maak de breuken gelijknamig
Neem de tellers samen, de noemer blijft gelijk
Vereenvoudig de uitkomst en haal de helen eruit

Slide 13 - Slide

Bereken

\frac{​ 5 ​ ​}{​ 9 ​} + \frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 9 ​} =

\frac{​ 1 8 ​ ​}{​ 9 ​}

\frac{​ 1 8 ​ ​}{​ 1 8 ​}

2

1

Slide 14 - Quiz

Bereken

\frac{​ 2 ​ ​}{​ 5 ​} - \frac{​ 1 ​ ​}{​ 6 ​}

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 1 ​}

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 3 0 ​}

\frac{​ 1 ​ ​}{​ - 1 ​}

-1

Slide 15 - Quiz

Vermenigvuldigen van breuken

Breng de helen binnen de breuken
Vermenigvuldig teller met teller en noemer met noemer
Vereenvoudig de uitkomst en haal de helen eruit

Slide 16 - Slide

Bereken

x

\frac{​ 2 ​ ​}{​ 7 ​}

\frac{​ 3 ​ ​}{​ 4 ​}

\frac{​ 6 ​ ​}{​ 2 8 ​}

\frac{​ 3 ​ ​}{​ 1 4 ​}

\frac{​ 5 ​ ​}{​ 1 1 ​}

Slide 17 - Quiz

3.3 Negatieve breuken

Slide 18 - Slide

Negatieve breuken

Slide 19 - Slide

Leerdoelen

- Breuken met negatieve getallen kunnen herleiden

- Weten dat je geen minteken in de letter of noemer laat staan

- Kunnen vermenigvuldigen en delen met negatieve breuken

Slide 20 - Slide

Zelfstandig aan het werk

Slide 21 - Slide

Aan de slag!

Wat?

Opgaven volgens periodeplan

Hoe?

Individueel of in tweetallen

Hulp?

- Theorie in boek

- Buurman/buurvrouw

- Docent

Slide 22 - Slide

3.3 Negatieve breuken A

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Open question

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Open question

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

More lessons like this