Arbeid

Planning
  • Opfrissen:  Resulterende kracht en grafieken
  • Nieuw:  Arbeid
  • Oefenen
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Planning
  • Opfrissen:  Resulterende kracht en grafieken
  • Nieuw:  Arbeid
  • Oefenen

Slide 1 - Slide

Toets
  • Cijfer in de kerstvakantie

Slide 2 - Slide

Deze grafiek hoort bij:
A
Een eenparige versnelling
B
Een constante snelheid
C
Een eenparige vertraging
D
Stilstand

Slide 3 - Quiz

Deze grafiek hoort bij:
A
Een eenparige versnelling
B
Een constante snelheid
C
Een eenparige vertraging
D
Stilstand

Slide 4 - Quiz

Deze grafiek hoort bij:
A
Een eenparige versnelling
B
Een constante snelheid
C
Een eenparige vertraging
D
Stilstand

Slide 5 - Quiz

Deze grafiek hoort bij:
A
Een eenparige versnelling
B
Een constante snelheid
C
Een eenparige vertraging
D
Stilstand

Slide 6 - Quiz

Deze grafiek hoort bij:
A
Een eenparige versnelling
B
Een constante snelheid
C
Een eenparige vertraging
D
Stilstand

Slide 7 - Quiz

Deze grafiek hoort bij:
A
Een eenparige versnelling
B
Een constante snelheid
C
Een eenparige vertraging
D
Stilstand

Slide 8 - Quiz

Fres<0
Fres>0
Fres=0

Slide 9 - Drag question

Arbeid
  • Als met een kracht een voorwerp wordt verplaatst in de richting van die kracht, werkt er arbeid op dat voorwerp.

  • Geen kracht? Geen arbeid.
  • Geen verplaatsing? Geen arbeid.
  • Kracht loodrecht/haaks op verplaatsing? Geen arbeid.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

In welke van onderstaande situaties wordt wél arbeid verricht?
A
Armpje drukken tussen twee even sterke mensen
B
Je duwt tegen een muur in je huis
C
Met constante snelheid bewegen in een ideale (wrijvingsloze) hyperloop
D
Je gaat met de roltrap naar boven

Slide 12 - Quiz

Arbeid berekenen
W = F•s

W (Work, Engels voor arbeid) [J]
F (Force, Engels voor kracht) [N]
s (spatio, Latijn voor afstand) [m]

Slide 13 - Slide

Weerstandskrachten
In de kerstvakantie begint het te vriezen dus Joachim besluit dat hij gaat schaatsen. De weerstandskracht op hem van het ijs is erg klein, slechts 30N. Hij maakt flink snelheid en glijdt verder door zonder kracht te zetten. Pas na 70 meter komt hij tot stilstand. Wat is de arbeid die het ijs op hem verricht?

Slide 14 - Slide

Wat is de arbeid die het ijs op Joachim verricht?
F=30N; s=70m

Slide 15 - Open question

Arbeid en bewegingsenergie
  • Arbeid zorgt voor een snelheidsverandering

  • Hoe groter de snelheid, hoe groter de bewegingsenergie
  • Een negatieve arbeid (veroorzaakt door bijvoorbeeld een weerstandskracht) zorgt voor een negatieve snelheidsverandering en dus een afnemende hoeveelheid bewegingsenergie.

Slide 16 - Slide

Aan de slag!
Maken opgaven 16, 18, 19 & 21

Klaar? Maak opgaven 22, 23 & 24 en/of lees paragraaf 4.5

(in par. 4.5 wordt de relatie tussen hefbomen, overbrengingen en arbeid uitgelegd)

Slide 17 - Slide