3.3 - Dieren

1 / 19
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Thema 3 - Ordening
3.3 - Dieren

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt dieren indelen op grond van de kenmerken skelet en symmetrie.
  • Je kunt kenmerken en voorbeelden noemen van zes stammen van het dierenrijk.

Slide 3 - Slide

Stammen van het dierenrijk

Alle dieren in 6 groepen (stammen)

Gebaseerd op symmetrie en skelet

Slide 4 - Slide

Symmetrie
Hoe 'gespiegeld' is het dier?
Tweezijdig symmetrisch
Veelzijdig symmetrisch
Niet-symmetrisch

Slide 5 - Slide

Skelet

Slide 6 - Slide

Inwendig skelet

Een inwendig skelet zit aan de binnenkant van een lichaam, mensen hebben een inwendig skelet. 

Slide 7 - Slide

Uitwendig skelet

Een skelet kan ook aan de buitenkant van een lichaam zitten, dat noem je een uitwendig skelet.

Slide 8 - Slide

Geen skelet
Sommige dieren hebben helemaal geen skelet, dit zijn meestal dieren die in het water leven zoals de kwal.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Geen skelet

Slide 11 - Slide

Een mens is veelzijdig symmetrisch
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

Wat voor soort skelet heeft een krab?
A
Inwendig
B
Uitwendig
C
Geen skelet

Slide 13 - Quiz

Wat voor soort skelet heeft een kever?
A
Inwendig
B
Uitwendig
C
Geen skelet

Slide 14 - Quiz

Neteldieren zijn
A
tweezijdig symmetrisch
B
veelzijdig symmetrisch
C
niet symmetrisch

Slide 15 - Quiz

Het dier op het plaatje valt onder de stam
A
Sponsdieren
B
Gewervelden
C
Geleedpotigen
D
Weekdieren

Slide 16 - Quiz

Een garnaal heeft een
A
inwendig skelet
B
uitwendig skelet
C
geen skelet

Slide 17 - Quiz

Welke stam heeft geen skelet?
A
neteldieren
B
gewervelden
C
geleedpotigen
D
stekelhuidigen

Slide 18 - Quiz

Aan de bak!

Slide 19 - Slide