Wanneer je het woord fiets opzoekt in het woordenboek, krijg je de definitie en ook betekenisverwante termen die verschillende betekenisrelaties uitdrukken:
definitie: voortuig met twee in elkaars verlengde geplaatste wielen, dat men voortbeweegt door op de pedalen te trappen.
synoniem: rijwiel, stalen ros, velo
hyperoniem: voertuig
hyponiemen: crossfiets, e-bike, herenfiets
TW pg.23
Slide 4 - Slide
synoniem en antoniem
Een synoniem is een woord met (ongeveer) dezelfde betekenis als één of meer andere woorden:
fiets, rijwiel, velo
neus, reukorgaan, snufferd
wandelen, stappen, kuieren, gaan
Antoniemen zijn woorden met een min of meer tegengestelde betekenis:
mooi - lelijk, groot - klein
TW pg.23
Slide 5 - Slide
homoniem
Homoniemen zijn woorden met dezelfde schrijfwijze en uitspraak, maar een verschillende betekenis.
Hij ging geld afhalen in de bank.
We kochten een bank voor ons salon.
Hij trapte een bal recht in het doel.
Ze dansten de hele nacht samen op een bal.
TW pg.24
Slide 6 - Slide
hyperoniem en hyponiem
Een hyperoniem is een woord waarvan de betekenis die van een ander woord insluit. Het hyperoniem heeft een ruimere betekenis dan het onderliggende woord.
Voertuig is een hyperoniem van fiets.
Lichaamsdeel is een hyperoniem van neus.
Een hyponiem is een woord waarvan de betekenis gedekt wordt door een andere term met een ruimere betekenis.
Crossfiets, e-bike en herenfiets zijn hyponiemen van fiets.
Boksersneus, drankneus en wipneuszijn hyponiemen van neus.