6.4.3 Het assenstelsel

Welkom
Dit leg ik op tafel:

Laptop --> dicht
Etui       --> pen/potlood en rekenmachine. 
Map      --> open

Gelukt = stil zijn en wachten :) 
1 / 11
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom
Dit leg ik op tafel:

Laptop --> dicht
Etui       --> pen/potlood en rekenmachine. 
Map      --> open

Gelukt = stil zijn en wachten :) 

Slide 1 - Slide

Vorige les

Slide 2 - Slide

Planning
Uitleg 15 min
Werken 30 min --> opgesplitst in delen
Les afronden 5 min

Slide 3 - Slide

Leerdoel trede 6 
week 5

Je bepaalt een plaats of een route door middel van kaartcodes of coördinaten. Je benoemt de acht belangrijkste windrichtingen. Je werkt met een positief/negatief assenstelsel en je gebruikt bijbehorende begrippen.



 

Slide 4 - Slide

Wat gaan wij leren vandaag?




  1. Je legt uit wat een assenstelsel is.
  2. Je legt uit wat coördinaten zijn en je noteert ze correct.
  3. Je geeft aan welke coördinaten bij een bepaald punt in een assenstelsel horen.
  4. Je tekent punten in een gegeven assenstelsel.
  5. Je tekent een assenstelsel (niet negatief) en tekent daarin punten.
  6. Je verbindt punten in een assenstelsel en kunt de vlakke figuren benoemen die je verkregen hebt (bijv driehoek, vierkant, rechthoek).
  7. Je breidt het assenstelsel uit met negatieve assen.
  8. Je wijst een punt met negatieve coördinaten aan in een assenstelsel en andersom.
  9. Je benoemt en gebruikt de begrippen x-as, x-coördinaat, y-as, y-coördinaat, oorsprong.
  10. Je benoemt dat het eerste getal een x-coördinaat heet en het tweede een y-coördinaat.





















Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Assenstelsel
Negatieve en positieve getallen in het assenstelsel.
  • rechts is positief
  • boven is positief
  • links is negatief
  • onder is negatief

Slide 7 - Slide

A(0,-3) B(3,2) C(1,4) D(0,2) E(-1,4) F(-3,2)
Negatieve en positieve getallen in het assenstelsel.
  • rechts is positief
  • boven is positief
  • links is negatief
  • onder is negatief

Slide 8 - Slide

We gaan aan de slag!
Doelen deze week:

Les 1: 6.2.3 Negatieve getallen en voorrangsregels
Les 2: 6.2.4 Alles door elkaar
6.2. Diagnostische oefeningen
Les 3: 6.4.3 Het assenstelsel



Slide 9 - Slide

Kunnen wij het nu?
  1. Je legt uit wat een assenstelsel is.
  2. Je legt uit wat coördinaten zijn en je noteert ze correct.
  3. Je geeft aan welke coördinaten bij een bepaald punt in een assenstelsel horen.
  4. Je tekent punten in een gegeven assenstelsel.
  5. Je tekent een assenstelsel (niet negatief) en tekent daarin punten.
  6. Je verbindt punten in een assenstelsel en kunt de vlakke figuren benoemen die je verkregen hebt (bijv driehoek, vierkant, rechthoek).
  7. Je breidt het assenstelsel uit met negatieve assen.
  8. Je wijst een punt met negatieve coördinaten aan in een assenstelsel en andersom.
  9. Je benoemt en gebruikt de begrippen x-as, x-coördinaat, y-as, y-coördinaat, oorsprong.
  10. Je benoemt dat het eerste getal een x-coördinaat heet en het tweede een y-coördinaat.

Slide 10 - Slide

Assenstelsel
  • Welk punt ligt op de x-as en welk punt ligt op de y-as?
  • Welk punt ligt het hoogste en welk punt het laagste?

Slide 11 - Slide