H7/9 Criminaliteit: Paragraaf B4 K5

1 / 20
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Criminaliteit
Van politie, via officier...naar de rechter!

Slide 2 - Slide

Officier van Justitie
  • aanklager (namens het Openbaar Ministerie)

  • leidt het opsporingsonderzoek

  • beslist of de verdachte naar de rechter gaat

  • eist in een strafzaak en bepaalde straf 

  • zorgt dat de straf wordt uitgevoerd

Slide 3 - Slide

Wel of niet naar de rechter?


  • Seponeren =niet vervolgen

  • Schikken of transactie =boete geven


  • Vervolgen =rechtszaak

Slide 4 - Slide

Vervolgen = rechtszaak

Slide 5 - Slide

Pech...naar de rechter!


  • dagvaarding (waarom, wanneer, waar)


  • rechtszitting 


  • soms veroordelen als een partij niet aanwezig is

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide


Hoe verloopt 

een rechtszaak?

Slide 8 - Slide

Wie is wie?

  1. Verdachte
  2. Rechter
  3. Advocaat
  4. Getuige(n)
  5. Pers
  6. Publiek
  7. Officier van Justitie
  8. Griffier
Officier van Justitie
Getuige(n)
Verdachte
Advocaat
Griffier
Rechter
Pers
Publiek

Slide 9 - Slide


1. 
De opening



Controleren van jouw gegevens. Hebben we wel de juiste persoon voor ons zitten?

Slide 10 - Slide


2. 
De aanklacht


De officier van justitie leest de aanklacht voor. Van welk misdrijf wordt deze persoon beschuldigd?

Slide 11 - Slide


3. 

Het getuigenverhoor



Mensen die iets gehoord of gezien hebben dat met de zaak te 

maken kan hebben. Getuigen mogen niet liegen.

Slide 12 - Slide


4. 
Het verhoor van de verdachte


Eerst zelf vertellen wat er is gebeurd. Dan ondervragen de rechters, de officier van justitie en je eigen advocaat jou.

Slide 13 - Slide


5. 

Strafeis 



De officier van justitie zet na de ondervragingen alles nog even op een rijtje en komt met de strafeis

Slide 14 - Slide


6. 
De verdediging



Jouw advocaat gaat jou verdedigen en vraagt om vrijspraak of een lichte straf. Soms doet de verdachte zelf zijn verdediging

Slide 15 - Slide


7. 
Het laatste woord



Als verdachte heb je altijd het laatste woord. Je kunt ook nog iets zeggen over de strafeis van de officier

Slide 16 - Slide


8. 

Het vonnis: de uitspraak



De rechter vertelt of je schuldig of onschuldig bent en welke straf hij wil geven. Meestal is de uitspraak of het vonnis pas later

Slide 17 - Slide

Wat voor soorten straffen kan de rechter geven?

Slide 18 - Open question

Hoe noem je de uitspraak van een rechter?
A
oordeel
B
uitslag
C
vonnis
D
conclusie

Slide 19 - Quiz

Lesopdracht
Maken hoofdstuk 7.4 Basis en hoofdstuk 9.5 Kader
Tijd: 20 minuten
Klaar? Begin alvast met de keuze opdracht op Magister.Me

Slide 20 - Slide