Les 6 - Paragraaf 4.2

Hoofdstuk 4
De industriële revolutie





 Paragraaf 4.2
De industriële samenleving
1 / 15
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 4
De industriële revolutie





 Paragraaf 4.2
De industriële samenleving

Slide 1 - Slide

Doel
  • Je kunt uitleggen wat een klassenmaatschappij is en hoe die verschilde van een standensamenleving.

Slide 2 - Slide

Noem drie voorbeelden van slechte werkomstandigheden van arbeiders in de 19e eeuw.

Slide 3 - Open question

Noem drie voorbeelden van slechte leefomstandigheden van arbeiders in de 19e eeuw.

Slide 4 - Open question

Standen-samenleving
  • Sinds middeleeuwen
  • Geboorte bepaalt je stand
  1. Geestelijkheid
  2. Adel
  3. Burgers en boeren
  • Franse Revolutie: 'einde'

Slide 5 - Slide

Klassen-samenleving
  • Industriële samenleving
  • Inkomsten en bezit bepalen klasse
  1. Ondernemersklasse
  2. Middenklasse
  3. Arbeidersklasse
  • Groot verschil in arm en rijk

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Arbeidersbuurt
Buitenwijk
De straten zijn schoon
Kinderen gaan er naar school
Ziekten verspreiden zich makkelijk
Ruime huizen met een tuin
Kleine donkere huizen
Onder-nemers-klasse

Slide 8 - Drag question

Slide 9 - Slide

Kapitalisme
  • Doel: Winst maken
  • Waarmee: Goederen produceren in fabrieken
  • Hoe: Zo min mogelijk regels en wetten die dit hinderen

Slide 10 - Slide

Nieuwe uitvindingen
Door industrialisatie veranderde de samenleving 
razendsnel en werden er veel nieuwe uitvindingen gedaan.
  • Verbrandingsmotor (diesel en benzine) verving later de 
stoommachine leidde tot uitvinding van de auto.
  • Nieuwe manieren om staal te maken. Staal is sterker dan ijzer.
  • Verlichting werd verbeterd door gaslamp en later elektrische verlichting.
  • Elektriciteit voor huishoudelijke apparaten, gas voor verwarming. 
  • Communicatie: telegraaf en later de telefoon.
  • Medisch: hygiëne, inenting tegen ziektes en verdoven van mensen tijdens operaties.
  • Scheikundigen vonden kunstmest uit.
Uitvindingen leidden tot vooruitgangsdenken: de wereld werd steeds beter en aangenamer.

Slide 11 - Slide

Nieuwe wetenschappen
Economie

Sociologie

Psychologie

Psychiatrie

Neem de tabel over in je schrift en vul de uitleg van de wetenschappen in (5 minuten).

Slide 12 - Slide

Evolutietheorie
  • Wetenschapper uit de 19de eeuw: Charles Darwin 
  • Darwin beweerde dat mensen, dieren en planten zich aanpasten naarmate de tijd voorbij ging: evolutietheorie
  • Mensen hebben zich door miljoenen jaren evolutie aangepast zoals we nu zijn
  • Zijn leer; darwinisme --> vormt de basis van de moderne biologie

Slide 13 - Slide

Hoe goed snap je de leerstof van deze les?
0100

Slide 14 - Poll

Wat is een klassenmaatschappij en hoe die verschilde van een standensamenleving?

Slide 15 - Open question