7.7 Voedselproductie

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

7.7 Voedselproductie

- Wat weet je?

- Uitleg 7.7

- Opdrachten maken

Leerdoelen

7.7.1 Je kunt beschrijven hoe in de landbouw wordt toegewerkt naar een optimale voedselproductie.

7.7.2 Je kunt de oorzaken en gevolgen van eutrofiëring van water en mogelijke oplossingen daarvoor beschrijven.

Hoe wordt de voedselproductie verhoogd?

Voedselproductie verhogen

- Bescherming tegen plagen/ziekten

- Bemesting

- Aanpassing erfelijke eigenschappen

Bestrijdingsmiddelen

Chemisch: + effectief, maar nadelen: resistentie of niet-soortspecifiek

of persistent (niet/langzaam afbreekbaar) --> accumulatie

(Oplossing = biologisch afbreekbaar)

Biologische bestrijding

Natuurlijke vijanden

Bemesting

Uitspoeling --> mestoverschot (mineralen) naar ander gebied.

Eutrofiëring = hoeveelheid anorganische stoffen neemt sterk toe (in water)   --> waterbloei --> minder licht eronder -->

planten onder water dood --> afbraak door

reducenten (O2-verbruik)

Leidt tot zuurstoftekort --> 'dode' sloot

Supergewassen en supervee

Veredeling: kruisen van planten- of dierenrassen om een nieuw ras met gunstige eigenschappen te krijgen (akkerbouw)

Bijv. voor hogere productie of resistentie

Kan ook door genetische modificatie: DNA aanpassen

Daarom zijn er regels!

Mestproductie en bemesting

• mineralenboekhouding: niet meer mineralen op land dan nodig is.
• mestinjectie: mest wordt niet verspreid, maar geïnjecteerd in de grond (tegen stikstof)

Gewasbeschermingsmiddelen

• werken selectief: doden alleen de plaagorganismen.
• middelen zijn biologisch afbreekbaar: blijven niet te lang in de grond.

Zadenbanken

7.7 maken 51 t/m 54 en 57

Klaar?

- Leerdoelen uitwerken thema 4, 5, 6 of 7

Leerdoelen

7.7.1 Je kunt beschrijven hoe in de landbouw wordt toegewerkt naar een optimale voedselproductie.

7.7.2 Je kunt de oorzaken en gevolgen van eutrofiëring van water en mogelijke oplossingen daarvoor beschrijven.

Evt. thuis: overzicht stappen eutrofiëring

Negatieve gevolgen

Gebruik van mest:

• vermesting/eutrofiëring
• waterbloei
•  verzuring

Waarom komen er problemen?

Mestoverschot--> overbemesting; er komen meer mineralen in de grond dan de planten nodig hebben --> mineralen zakken --> komen terecht in grondwater --> komen in natuurgebieden en andere wateren. Gevolgen:

• sommige planten kunnen heel snel groeien door de extra mineralen en 'winnen' van andere planten. Andere soorten verdwijnen.
• waterbloei: sloot/plas groeit dicht door snelle groei van waterplantjes (kroos en alg) --> plantjes sterven en worden afgebroken door bacteriën --> die gebruiken veel zuurstof --> zuurstoftekort in water --> andere organismen sterven.

(Thuis)

In dierlijke mest zit ammoniak (gas):

• komt in de bodem terecht. Bacteriën zetten het om in nitraat (stikstofmineraal) en in salpeterzuur (zure stof) --> bodemverzuring.
• komt in de lucht terecht. Met neerslag komt het op de bodem en wordt omgezet in salpeterzuur --> bodemverzuring.

Door verzuring verdwijnen planten en dieren.

(Thuis)