Herhaling quiz paragraaf 5.3 reliëf en klimaat

Ik beheers de leerstof van paragraaf 5.3 voldoende
010
1 / 17
next
Slide 1: Poll
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Ik beheers de leerstof van paragraaf 5.3 voldoende
010

Slide 1 - Poll

Hoe hoog is de Mont Blanc ongeveer?
A
3298 meter
B
4808 meter
C
6204 meter
D
8850 meter

Slide 2 - Quiz

Hoe wordt een kust met inhammen, zodat de zee diep naar binnen kan dringen, genoemd?
A
Fjorden kust
B
Reliëf kust
C
Inham kust
D
Gelede kust

Slide 3 - Quiz

Jan bevindt zich op 193 meter hoogte. Jan bevindt zich in
A
laagland
B
heuvelland
C
middelgebergte
D
hooggebergte

Slide 4 - Quiz

Piet bevindt zich op 950 meter hoogte. Piet bevindt zich in
A
laagland
B
heuvelland
C
middelgebergte
D
hooggebergte

Slide 5 - Quiz

Heuvelland ligt tussen
A
200 en 500 m
B
750 en 1000 m
C
1000 en 1500 m
D
1500 en 2000 m

Slide 6 - Quiz

Er is een verband tussen reliëf en temperatuur: hoe hoger hoe kouder. Bij elke 100 m stijging daalt de temperatuur met:
A
0,5 graden C
B
0,6 graden C
C
0,7 graden C
D
0,8 graden C

Slide 7 - Quiz

In het dal (2500 m) is het 23 graden Celsius. Wat is de temperatuur op de top van de berg (5000 m)?
A
8 graden C
B
-8 graden C
C
10 graden C
D
-10 graden C

Slide 8 - Quiz

Welke vorm van neerslag komt voor in de bergen?
A
stuwingsneerslag
B
stijgingsneerslag
C
frontale neerslag
D
piste-neerslag

Slide 9 - Quiz

De windkant (natte kant) van het gebergte heet ook wel de:
A
loefzijde
B
lijzijde

Slide 10 - Quiz

Bij neerslag is er sprake van een:
A
hogedruk gebied
B
lagedruk gebied

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Slide

Wat is een verklaring voor de niet hele lage temperaturen in de winter in Noorwegen?
A
een aanlandige wind en invloed van de Golfstroom
B
een aflandige wind en invloed van de Golfstroom
C
een hoge breedteligging
D
een lage breedteligging

Slide 13 - Quiz

Wat is een verklaring voor het verschil in neerslag tussen Bergen en Lillehammer in Noorwegen?
A
Bergen ligt in de regenschaduw
B
Lillehammer ligt aan de Loefzijde
C
Lillehammer ligt aan de lijzijde
D
Bergen ligt aan de lijzijde

Slide 14 - Quiz

Ik beheers de leerstof van paragraaf 5.3 voldoende
010

Slide 15 - Poll

Ik begrijp de uitleg van mijn docent en kan deze volgen
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Poll

Tips voor de docent om de lessen nog beter te maken

Slide 17 - Open question