Par. 4

Paragraaf 4
- Het Lötschental
- Bevolkingsdichtheid en reliëf 
- Hoogtegordels
- Hoogteligging en temperatuur
1 / 20
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Paragraaf 4
- Het Lötschental
- Bevolkingsdichtheid en reliëf 
- Hoogtegordels
- Hoogteligging en temperatuur

Slide 1 - Slide

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Deze les:
  • Heb je al je spullen bij je?
  • Herhaling paragraaf 3
  • Wat weet je al?
  • Paragraaf 4:
     - Het Lötschental
     - Bevolkingsdichtheid en reliëf 
     - Hoogtegordels
    - Hoogteligging en temperatuur
  • Schrijf de aantekeningen in je schrift.
  • Werken

Leerdoel
Als je de stof bestudeerd hebt:
28. Weet je wat een hooggebergte is.
29. Weet je welke hoogtegordels er zijn in de bergen.
30. Weet je wat het verband is tussen bevolkingsdichtheid en reliëf.
31. Kan je uitleggen waarom en hoeveel het kouder wordt naarmate je hoger komt op een berg.

Slide 2 - Slide

Heb je al je spullen bij je?
A
Ja
B
Nee, boek vergeten.
C
Nee, schrift vergeten.
D
Nee, alles vergeten.

Slide 3 - Quiz


In de taiga groeien grassen, mossen en lage struikjes.
A
goed
B
fout

Slide 4 - Quiz


In de taiga is het in de winter kouder dan gemiddeld -3 °C.
A
goed
B
fout

Slide 5 - Quiz


Permafrost is blijvend bevroren ondergrond.
A
goed
B
fout

Slide 6 - Quiz

Wat doen toeristen die naar de Alpen op vakantie gaan?

Slide 7 - Mind map

Het Lötschental
Gletsjer
Gletsjer = Een enorme ijsmassa die langzaam naar het dal schuift.

Zomer
Winter

Slide 8 - Slide

Vergelijk de twee kaarten. Wat valt je op?
Je mag het antwoord zo geven. Eerst goed kijken.

Slide 9 - Slide

Vergelijk de twee kaarten. Wat valt je op?

Slide 10 - Mind map

Bevolkingsdichtheid en reliëf

Slide 11 - Slide

Hoogtegordels
Hoogtegordel = Plantengroeizone op een berg

Slide 12 - Slide

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Hoogtegordel = plantengroeizone op een berg :
Ontstaan door verschillen in temperatuur.
  • Loofboomgordel
  • Naaldboomgordel 
  • Alpenweiden: grassen, kruiden en lage struikjes 
     Boven boomgrens
     Zomers laten boeren hier hun vee grazen
  • Rotsgordel: door kou en harde ondergrond groeien hier bijna geen planten meer. 
  • Eeuwige sneeuw

Slide 13 - Slide

Zet de hoogtegordels op de juiste plaats in de tekening.
loofboomgordel
naaldboomgordel
alpenweiden
rotsgordel
eeuwige sneeuw

Slide 14 - Drag question

Hoogteligging 
Regel
Hoe hoger hoe kouder
Als je 1000 meter stijgt wordt het 6 graden Celsius kouder.

Uitleg
Pas wanneer zonnestralen op het aardoppervlak vallen geven ze hun warmte af. Het aardoppervlak wordt daardoor warm en geeft nu zelf warmte af. De dampkring wordt op die manier van onderaf verwarmd.
Hoogteligging en temperatuur

Slide 15 - Slide

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Hoogteligging en temperatuur:
Pas wanneer zonnestralen op het aardoppervlak vallen geven ze hun warmte af.
Het aardoppervlak wordt daardoor warm en geeft nu zelf warmte af.
De dampkring wordt op die manier van onderaf verwarmd.

Regel:
  • Hoe hoger, hoe kouder
  • Als je 1000 m stijgt wordt het 6°C kouder.

Slide 16 - Slide

Nu doen:
  • Schrijf de aantekeningen in je schrift.
  • Uitleg vragen
  • Werken (zie planner)

Huiswerk:
  • Schrijf de aantekeningen in je schrift.
  • Leer paragraaf 1 t/m 4 van hoofdstuk 2

Slide 17 - Slide


Hoe goed heb je de les begrepen?
A
B
C
D

Slide 18 - Quiz

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 19 - Mind map

Welke vragen heb je voor de volgende les?

Slide 20 - Mind map