This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Dieren
Slide 1 - Slide
Vogels
Vogels hebben een onbekend zintuig, genaamd magnetoceptie. Oftewel ze kunnen het aardmagnetisch veld ‘zien’ hierdoor kunnen ze de weg vinden
Slide 2 - Slide
De snavel
De magnetoceptie bij vogels zit in de snavel en in de ogen. In de snavel zitten cellen met stukjes magnetiet. Dat is een ijzerhoudend mineraal dat bekend staat als meest magnetische materiaal dat in natuurlijke vorm voorkomt op aarde.
Slide 3 - Slide
Ogen
Onderzoekers vonden een paar jaar geleden eiwit cryptochroom in de ogen. Dit zorgt ervoor dat de vogels signalen krijgen om de weg te vinden.
Slide 4 - Slide
Het gebruik ervan
Overdag gebruiken ze hun oog 'kompas' en in de avond hun snavel 'kompas'
Slide 5 - Slide
Niet alleen vogels
zalmen en forellen hebben het magnetische magnetiet in hun neus zitten. mieren en bijen hebben het verspreid over hun hele lichaam. En schildpadjongen hebben het ook zodat ze de weg terug vinden vanwaar ze vandaan kwamen.
Slide 6 - Slide
Haaien
Haaien hebben speciale organen om hun prooi op te sporen. Ze kunnen kleine elektrische veranderingen waarnemen.