H2 de Leer van de Rooms - Katholieke kerk

Rooms - Katholicisme
 de leer van de 
Rooms-Katholieke kerk
1 / 35
next
Slide 1: Slide
GodsdienstMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 160 min

Items in this lesson

Rooms - Katholicisme
 de leer van de 
Rooms-Katholieke kerk

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?



Terugblik
H2 de leer
Evaluatie

Slide 2 - Slide

Wat gaan we leren?
A. Je kunt in eigen woorden vertellen wat een liturgie is. 
B. Je kunt de 7 sacramenten opnoemen en vertellen wat deze inhouden. 
C. Je kunt voorbeelden van heiligenverering noemen.  
D. Je kunt uitleggen waarom heiligen vereerd worden. 
E. Je weet wat Maria-devotie is en kunt er voorbeelden van noemen. 
F. Je kunt uitleggen waarom Maria zo belangrijk is voor Rooms-Katholieken. 
G. Je kunt de functie van de rozenkrans uitleggen. 
H. De  begrippen: biecht, aflaten, goede werken, vagevuur, bedevaart en relikwie. 
I. Uitleggen hoe genade en goede werken zich verhouden in de RoomsKatholieke leer. 
J. Verschillen aangeven tussen de Rooms-Katholieken en de protestantsen bij: liturgie, sacramenten, heiligenverering, Maria-devotie, biecht, goede werken, aflaten en vagevuur. 
 

Slide 3 - Slide

Terugblik
1. Wat zie je in de roomse kerk
2. Aan welke geloofspunt doet dat denken?

Slide 4 - Slide

 Erediensten

We gaan de paragraaf bestuderen door;
 pitchen, met behulp van symbolisch tekenen
gekozen door kleurkaarten.
Liturgie (7 sacramenten).
Doopsel
Vormsel
Eucharistieviering
Ziekenzalving
Huwelijk
Ambtswijding
Biecht

Slide 5 - Slide

kies een kleurkaart
  • Bekijk de filmpjes(slide 9-16)
  • Lees de cursusblaadjes blz.1-6
  • Maak aantekeningen
  • Maak een pitch van ongeveer 1 - 2 min. duurtijd
  • Maak symbolische tekeningen die je verhaal ondersteunen.
timer
30:00

Slide 6 - Slide

Uitleg: Wat is een pitch?

Een kort verhaal waarmee je een doel wilt bereiken.
Dat doel is nu uitleggen wat jouw  inzicht(kennis) in het Rooms Katholicisme inhoudt.
Kort:
 Het gaat niet om de tijdspanne. Kort houdt simpelweg in dat je geen nodeloze zijpaden bewandelt. Je vertelt een verhaal met focus. Geen gort droog verhaal met alleen de belangrijkste feiten. Voorbeelden werken juist prachtig in een pitch. Maar zorg dat je de focus houdt.
Verhaal: 
Een pitch moet blijven boeien. Dat doe je door je pitch te vertellen als een verhaal. Je verhaal heeft een begin, midden en einde.  Net zoals in een thriller of goede actiefilm begin je je verhaal zo dat je direct de aandacht hebt. En die aandacht houd je vervolgens als een ware verteller vast. 

Het doel: 
Het korte verhaal dat je vertelt heeft een kernboodschap. Die kernboodschap is in 1 zin te vatten. Heb je meer dan 1 zin nodig, dan heeft je pitch waarschijnlijk te weinig focus. Je kernboodschap is gekoppeld aan je doel. 

Slide 7 - Slide

Voorbeeld symbolisch tekenen
Voorbeeld symbolisch tekenen

Slide 8 - Slide

Liturgie - 7 sacramenten
De cursus blz.4-5.

Slide 9 - Slide

Doopsel
De cursus blz.3

Slide 10 - Slide

Vormsel
cursus blz.4

Slide 11 - Slide

Eucharistieviering/
 heilige mis
cursus blz.2 & 5

Slide 12 - Slide

Ziekenzalving
cursus blz. 4

Slide 13 - Slide

Ambstwijding
cursus blz. 5

Slide 14 - Slide

Huwelijk
de cursus blz. 5

Slide 15 - Slide

Biecht
De cursus blz.2 & 4

Slide 16 - Slide

Pitches
  • Kijk en luister met aandacht
  • Schrijf 2 complimenten op
  • Noteer 3 geleerde dingen
  • Respect!

Evaluatie: Wie de beurt krijgt van de spinner, 
moet wat kunnen noemen!

Slide 17 - Slide

Huiswerk
herhaal de leerstof van blz. 1-6 (let op: veel termen in de cursus,hou het bij!)

Slide 18 - Slide

Terugblik
Benoem de 7 sacramenten

Slide 19 - Slide

 Heiligenverering
Lees blz.3 en 4(onder de foto)
probeer deze zo snel mogelijk uit je hoofd te leren!
Over 8 minuten volgt de QUIZ!
timer
8:00

Slide 20 - Slide

Heiligen zijn mensen die jou bij God kunnen brengen.
A
Ja
B
Nee

Slide 21 - Quiz

Iedereen die vereert mag worden is een Heilige
A
ja
B
nee

Slide 22 - Quiz

Een heilige speelt een bemiddelende rol tussen de mens en God volgens de katholieke leer.
A
ja
B
nee

Slide 23 - Quiz

Men mag alleen naar God bidden volgens de protestanten
A
ja
B
nee

Slide 24 - Quiz

De katholieken vieren Allerheiligen
A
ja
B
nee

Slide 25 - Quiz

De verering van de Heilige Maria heet:
A
de zoete moeder
B
Weesgegroetje
C
Mariadevotie
D
rozenkrans

Slide 26 - Quiz

een vrouw mag leiding nemen in de kerk.
A
ja
B
nee

Slide 27 - Quiz

Biechten betekent
A
Je zonden vertellen aan de priester
B
Raad vragen aan de priester
C
geheimen onthullen aan de priester
D
Schulden betalen aan de priester

Slide 28 - Quiz

 Goede werken
Neem het schema over, Lees de paragraaf en vul het schema in.


Wat weet ik ervan
Nieuw geleerd
(kennis veranderd?)
Verschil met protestants
Goede werken
Bedevaart
Aflaten
vagevuur
Relikwieën

timer
10:00

Slide 29 - Slide

J. Verschillen aangeven tussen de Rooms-Katholieken en de protestantsen bij: liturgie, sacramenten, heiligenverering, Maria-devotie, biecht, goede werken, aflaten en vagevuur. 


Vul de laatste kolom van je schema aan met; liturgie, sacramenten, heiligenverering, Maria-devotie en biecht.  
timer
10:00

Slide 30 - Slide

Maak:
timer
10:00

Slide 31 - Slide

I. Uitleggen hoe genade en goede werken zich verhouden in de Rooms-Katholieke leer. 
Vragen;

Kun je door goede werken in de hemel komen?
Is het offer van christus nodig?
Wat is Genade?
Wanneer helpen goede werken wel en wanneer niet?

Slide 32 - Slide

Verhouding goede werken en genade
Doop    -         door Christus in de weg van genade             vrij om bij God te komen                doe je zonde               uit de weg van genade
                      biecht             vergevingmaar wel aardse straf            goede werken vervangen aardse straf                weer in genade

Dus goede werken vervangen niet genade in christus, kun je niet door bij God komen, maar wel opnieuw terugkomen bij God.
Goede werken van jezelf of ander (bidden) helpen ook jezelf of de ander korter in het vagevuur te laten zijn.

Slide 33 - Slide

Evaluatie; wat vond je van de les?

Slide 34 - Open question

Huiswerk

Slide 35 - Slide