1.6 natuurwetenschappelijk onderzoek

Natuurwetenschappelijk onderzoek

1 / 22
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Natuurwetenschappelijk onderzoek

Slide 1 - Slide

Natuurwetenschappelijk onderzoek
Door natuurwetenschappelijk onderzoek te doen, probeert een bioloog vragen over verschijnselen die hij in de levende natuur waarneemt te beantwoorden.

Natuurwetenschappelijk probleem

Onderzoeksvraag

Slide 2 - Slide

Typen onderzoek
Beschrijvend onderzoek: observaties of metingen uitvoeren en gegevens verzamelen (data)

  • Het gedrag van organismen
  • Weefsels of cellen van verschillende organismen
  • DNA van een organisme onderzoeken
  • Inventariseren welke plantensoorten er langs de rand van een sloot groeien

Slide 3 - Slide

Typen onderzoek
Hypothesetoetsend onderzoek: de onderzoeker bedenkt een methode om een hypothese te toetsen. Een hypothese is een mogelijke verklaring voor een waarneming van een verschijnsel of een mogelijk verband  tussen verschijnselen (gebaseerd op biologische kennis en ervaring). 

Een experiment (in laboratorium of veldsituatie):
  • Experimenteergroep wordt blootgesteld aan te onderzoeken factor
  • Controlegroep (blancoproef) wordt niet blootgesteld aan deze factor

Interview/online enquête: een representatieve steekproef is hierbij belangrijk (goede afspiegeling van te onderzoeken groep)
Literatuuronderzoek: gebruik maken van bestaande informatie

Slide 4 - Slide

0

Slide 5 - Video

Placebo

Slide 6 - Slide

Typen onderzoek
Ontwerpend onderzoek: de onderzoeker ontwerpt materialen, instrumenten, modellen of systemen als antwoord op een onderzoeksvraag.

  • Elektronenmicroscoop: cellen en weefsel onderzoek
  • PCR: DNA onderzoek
  • Modelleren: model is vereenvoudigde weergave van de werkelijkheid

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Natuurwetenschappelijk onderzoek

Slide 9 - Slide

Verslag leggen van je onderzoek

Slide 10 - Slide

Belangrijk:
Opbouw onderzoeksvraag
  • Causaal verband aantonen: Wat is het effect van factor x (onafhankelijke variabele) op y (afhankelijke variabele)?
  • Samenhang aantonen: Is er een verband tussen factor x en factor y?

Controleproef (blanco) + experimenteerproef 
Je mag maar één factor tegelijk onderzoeken, alle andere omstandigheden moeten gelijk zijn. Ook moeten de groepen uit grote aantallen bestaan, om zo betrouwbare resultaten te verkrijgen.  

Slide 11 - Slide

Wanneer je een experiment uitvoert wordt er altijd een blancoproef opgenomen?
Leg uit waarom een blanco proef nodig is.

Slide 12 - Open question

In de afbeelding rechts staat een replica van de eerste microscoop. Door welke type onderzoek is deze microscoop tot stand gekomen?
In de afbeelding rechts staat een replica van de eerste microscoop. Door welke type onderzoek is deze microscoop tot stand gekomen?

Slide 13 - Open question

Antoni van Leeuwenhoek ontdekte met zijn microscoop dat weefsels uit cellen bestaan. Ligt hieraan beschrijvend, hypothesetoetsend of ontwerpend onderzoek ten grondslag?
Antoni van Leeuwenhoek ontdekte met zijn microscoop dat weefsels uit cellen bestaan. Ligt hieraan beschrijvend, hypothesetoetsend of ontwerpend onderzoek ten grondslag?

Slide 14 - Open question


Twee leerlingen voeren op school een onderzoek uit waarbij ze twee groepen vergelijken. Ze verzamelen gegevens van jongeren die ontbijten en van jongeren die niet ontbijten. Ze vermoeden dat jongeren die ontbijten slanker zijn dan jongeren die niet ontbijten. De conclusie is dat jongeren die ontbijten inderdaad slanker zijn. Is deze conclusie tot stand gekomen door beschrijvend, hypothesetoetsend of ontwerpend onderzoek? Leg uit waarom je dit antwoord gekozen hebt.

Slide 15 - Open question

DNA is het erfelijk materiaal van de kern van cel. Het onderzoek naar DNA is veel gemakkelijker geworden sinds er een PCR apparaat bestaat. Dit apparaat kan razend snel het DNA vermenigvuldigen. Door welk type onderzoek is het PCR apparaat ontstaan?
A
beschrijvend ondersoek
B
hypothese toetsend onderzoek
C
ontdekkend onderzoek
D
geen van alle

Slide 16 - Quiz

timer
5:00
Maak deze examenopdracht in twee- of drietal op een kladpapiertje. Beschrijf precies wat je gaat doen, maak een tekening van de proefopstelling en beschrijf precies wat je gaat meten.

Slide 17 - Slide

Nakijkmodel
Kijk je antwoord na.
Elk juist element is 1 punt.

Scoor hoeveel punten jullie hebben gehaald!

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

In welke volgorde doe je natuurwetenschappelijk onderzoek?
Onderzoeksvraag
Hypothese
Conclusie
Materiaal en Methode
Resultaten
Discussie & Reflectie
Achtergrondinformatie/ waarneming

Slide 21 - Drag question

discussie
- verklaar je conclusie (waarom trek je deze conclusie). Beredeneer vanuit de literatuur.
- als je hypothese verworpen moet worden, geef dan zoveel mogelijk redenen waarom. 
- beschrijf de betrouwbaarheid van je onderzoek (hoe zeker ben je van je conclusie)
- bedenk vervolgonderzoek (nieuwe hypothesen)

Slide 22 - Slide