Klas 3 KBL/BBL/GTL - Hoofdstuk 2, Paragraaf 10

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo b, k, g
• Leerjaar 3

Paragraaf 10: Zon, Water en Wind

Wat moet je weten

     Je kunt de mogelijkheden van zon, water en wind als energiebronnen vergelijken met andere energiebronnen.

    Je kunt beschrijven en verklaren waar zon, water en wind als energiebronnen het best toegepast kunnen worden.

Superschone energie

1. Zonne-energie

2. Windenergie

3. Hydro-elektriciteit

= Energie die wordt opgewekt uit waterkracht.

Geen broeikasgassen en onuitputbaar.

Maar ook nadelen..

Waterkracht

Waterkrachtcentrales werken met een stuwmeer.

= Een aangelegd meer bij een waterkrachtcentrale, waarin water wordt opgeslagen.

Waterkracht

Tegenwoordig ook getijdencentrales.

= Elektriciteitscentrale waarin de kracht van de stroming van eb en vloed wordt gebruikt om energie op te wekken.

Zonder dam

Met dam

Concurrentie

 concurrentie om de ruimte

= wanneer ruimte die gebruikt zou worden voor landbouw/woningbouw gebruikt wordt voor duurzame elektriciteitscentrales.

Waarom werken de duurzame energiebronnen niet altijd?

Wat kan een nadeel zijn van een centrale zonder dam?