Quiz deel C

1 / 23
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat is een ander woord voor CVA?
A
Beroerte
B
Hartinfarct
C
Longontsteking
D
Ziekte van Parkinson

Slide 2 - Quiz

Wat houden mensen die een beroerte hebben gehad er vaak aan over?
A
Moeilijk of niet kunnen lopen
B
Niet kunnen praten
C
Verlamming
D
Alle antwoorden zijn juist.

Slide 3 - Quiz

Alzheimer
hersenbloeding
kleine pasjes en veel beven
ontstoken gewrichten
Parkinson
Dement
Reuma
CVA

Slide 4 - Drag question

Wordt astma en COPD door roken veroorzaakt?
A
Alleen Astma
B
Alleen COPD
C
Beide
D
Geen van Beide

Slide 5 - Quiz

Waarom moet je na de behandeling je handen wassen en de verbandtrommel bijvullen?
A
Hygiëne en bij een volgende behandeling kan er een verband nodig zijn.
B
Handen wassen is niet noodzakelijk, wel de verbandtrommel bijvullen.
C
Hygiëne en bijvullen is niet noodzakelijk.
D
Handen wassen is niet noodzakelijk, bijvullen wel omdat er bij een volgende behandeling een verband nodig kan zijn.

Slide 6 - Quiz

Mevrouw Cardoso is gevallen en ze heeft vermoedelijk een gebroken been.
A
Gevallen = objectief Gebroken been = subjectief
B
Objectief
C
Subjectief
D
Gevallen = subjectief Gebroken been = objectief

Slide 7 - Quiz

Is dementie een ouderdomsziekte?
A
ja
B
nee

Slide 8 - Quiz

Als je dementie hebt dan....
A
Raak je je geheugen langzaam kwijt
B
Kun je niet meer zo goed lopen
C
Raak je je baan kwijt
D
Dan heb je vaak hoofdpijn

Slide 9 - Quiz

Koppel de ziekte aan de juiste symptomen
Benauwdheid, geirriteerde slijmvliezen
Blijvende vermoeidheid, pijn op de borst
Buikpijn en buikkrampen
Problemen met spreken en begrijpen, vergeetachtig
Verdikking of bobbel in het lichaam
Snel buiten adem raken, kortademig zijn en hoesten
Astma
COPD
Dementie
Hart- en vaatziekten
Kanker
Voedselvergiftiging

Slide 10 - Drag question

Hoe zijn welvaartsziekten ontstaan?
A
Doordat er steeds meer medicijnen zijn ontwikkeld
B
Doordat de leefstijl van mensen is veranderd door meer overvloed
C
Doordat kinderen minder zijn gaan buitenspelen
D
Doordat er meer welzijn in Nederland is gekomen.

Slide 11 - Quiz

Wat is een voorbeeld van Empathie?
A
Zaterdag werd iedereen opgeroepen een kaarsje te branden voor de slachtoffers van Corona.
B
Je kunnen inleven in een ander.
C
Luisteren naar iemand die net z'n partner is verloren.
D
Tijdens een voetbalwedstrijd woorden naar de scheidsrechter roepen.

Slide 12 - Quiz

Wat is een mantelzorger?
Meerdere antwoorden mogelijk.
A
Boodschappen doen voor de buren, omdat ze slecht ter been zijn.
B
Naar het woonzorgcentrum gaan en spelletjes doen met ouderen.
C
Een verpleegkundige die de wondverzorging komt doen.
D
Een thuiszorgmedewerker komt de ramen zemen.

Slide 13 - Quiz

Wat is obstipatie?
A
Diarree
B
Verstopping
C
Benauwdheid
D
Bloedneus

Slide 14 - Quiz

Wat is ADL?
A
Algemeen Dagelijkse Lichaamsverzorging
B
Algemeen Dagelijkse levensverrichtingen
C
Activiteiten Dagelijks Leven
D
Algemeen Dagelijkse Leefactiviteiten

Slide 15 - Quiz

Op de foto zie je een tillift. Dit is een ADL hulpmiddel.
Hoe noem je dit ook wel?
A
tiltechniek
B
lifttechniek
C
transfertechniek

Slide 16 - Quiz

Wanneer voer je een stabiele zijligging uit?
A
Als iemand buitenbewust zijn is
B
Als iemand hyperventileert
C
Als iemand buitenbewust zijn is met een normale ademhaling
D
Als geen polsslag meer heeft

Slide 17 - Quiz

Waar wordt BMI voor gebruikt?
A
Om te meten of je gezond eet
B
Om te meten of je lang genoeg bent
C
Om te meten hoe veel je weegt
D
Om te meten of je een gezond gewicht hebt in vergelijking met jouw lengte

Slide 18 - Quiz

Als iemand een goede conditie heeft, is zijn hartslag dan hoger of lager?

Slide 19 - Open question

Wanneer pas je een buikstoot toe?
A
wanneer iemand bewusteloos is
B
wanneer iemand zich verbrandt
C
wanneer iemand zich verstikt
D
wanneer iemand zijn enkel verstuikt

Slide 20 - Quiz

Waarom is het belangrijk om tandplak te verwijderen?

A
Omdat door tandplak je tandenborstel erg snel slijt.
B
Omdat je van tandplak een slechte adem krijgt.
C
Omdat de bacteriën in tandplak ervoor zorgen dat je de griep kunt krijgen.
D
Omdat je dan minder kans hebt op ontstoken tandvlees en loszittende tanden.

Slide 21 - Quiz

Meneer Peters is 2 meter lang. Zijn BMI was vorig jaar 45. Hij is sindsdien 40 kilo afgevallen.
Wat is de BMI van meneer Peters nu?

Slide 22 - Open question

Slide 23 - Slide