S.O. HS 1-2-3 quiz

Quiz HS 1-2-3
Pluriforme samenleving
Maatschappijkunde
1 / 19
next
Slide 1: Slide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slide and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Quiz HS 1-2-3
Pluriforme samenleving
Maatschappijkunde

Slide 1 - Slide

De dominante cultuur in Nederland is de Nederlandse cultuur
A
Juist
B
Onjuist

Slide 2 - Quiz


Cultuur is?
A
aangeboren
B
aangeleerd

Slide 3 - Quiz

Een cultuur die afwijkt van de overheersende cultuur is een ...
A
dominante cultuur
B
subcultuur
C
tegencultuur

Slide 4 - Quiz

Wat is een pluriforme samenleving?

Slide 5 - Open question

Mensen verschillen op verschillende zaken van elkaar. Benoem de vier uit het boek:
A
Woonplaats, religie, karakter en cultuur
B
Woonplaats, religie, herkomst en leeftijd
C
Religie, herkomst, humor en cultuur
D
Leeftijd, religie, kledingstijl en karakter

Slide 6 - Quiz

Dominante cultuur
Subcultuur

Slide 7 - Drag question

Wat is socialisatie?
A
De groep mensen die jou beïnvloeden
B
Het posten van een post op social media.
C
Het proces van gedrag aanleren.
D
De verschillen tussen mensen.

Slide 8 - Quiz

Wie zijn jouw belangrijkste socialisatoren geweest tot nu toe?

Slide 9 - Open question

Een sanctie is bedoeld om je ....
A
in de gaten te houden
B
je gedrag te beinvloeden
C
automatisch naar het gedrag van de groep te gedragen

Slide 10 - Quiz

Wat is een formele negatieve sanctie?
A
een compliment
B
strafwerk
C
fooi
D
een kind dat naar zijn kamer wordt gestuurd

Slide 11 - Quiz

Een voorbeeld van een positieve sanctie is..
A
nablijven
B
een compliment
C
geen huiswerk maken
D
extra opdrachten maken

Slide 12 - Quiz

Dana heeft een niet-westerse migratieachtergrond. Waar komt ze vandaan?
A
Florida
B
Zuid-Afrika
C
Duitsland Duitsland
D
België

Slide 13 - Quiz

Een norm of een waarde?
Vrijheid

Slide 14 - Open question

Een norm of een waarde?
Iemand een hand geven om jezelf voor te stellen.

Slide 15 - Open question

Slide 16 - Video

Greta kan een voorbeeld zijn van:
A
Stereotype
B
Vooroordelen
C
Beeldvorming
D
Rolmodel

Slide 17 - Quiz

Wat is het verschil tussen racisme en discriminatie?

Slide 18 - Open question

Hoe komt beeldvorming tot stand?
A
Via schoolboeken
B
Via media
C
Via je dromen
D
Via anderen

Slide 19 - Quiz