Minder belangrijk: ambachtslieden in opleiding (leerling)
Het gilde zorgde ervoor dat er niet te veel meesters kwamen.
Vakken: timmerman, schoenmaker, bakker, smeden, kleermakers, schilders, etc.
Slide 10 - Slide
Gezel in opleiding
Leerlingfase (ongeveer 10 jaar oud):
Een kind werd als leerling opgenomen bij een meester.
Hij of zij woonde vaak bij de meester in huis.
De leerling kreeg geen loon, maar wel eten, onderdak en vakonderwijs.
Gezelfase (na ongeveer 1-7 jaar):
Als de leerling genoeg geleerd had, werd hij een gezel.
Hij werkte voor een meester en kreeg nu wél loon.
Meesterproef:
Na genoeg ervaring kon de gezel een meesterproef doen.
Als die goedgekeurd werd door het gilde, mocht hij zijn eigen werkplaats beginnen.
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Video
Stadsrechten
Steden werden bestuurd door de heer (koning/hertog/graaf). Maar: bewoners wilden meer invloed hebben.. Zij wilden:
Zelf hun stad besturen: meer invloed
Zelf rechtspreken: meer controle en eerlijke processen
En hun eigen munt slaan:economische zelfstandigheid
Een eigen leger:onafhankelijkheid
Slide 13 - Slide
Stadsrechten
Steden krijgen stadsrechten. Dit zijn privileges van een stad.
Steden moesten voor stadsrechten betalen. Koningen, hertogen en graven verkochten stadsrechten voor geld. Dit geld hadden zij nodig voor hun hofhouding.
Wat is het gevolg?
Slide 14 - Slide
Rechtspraak
De stedelijke rechtbank bestond uit: de schout(voorzitter) en schepenen (andere rechters).
De heer moest het wel eens zijn met de keuze.
Wat deed de rechtbank?
Wat konden burgers doen?
Slide 15 - Slide
Fun
Fact
Middeleeuwse dierenprocessen
Slide 16 - Slide
Bestuur
Andere taken van de schout en schepenen: veiligheid en verdediging en regels.
Meer dan een rechtbank -> bestuur van de stad.
Maar: niet zo democratisch als het lijkt..
Slide 17 - Slide
Rollenspel: middeleeuwse rechtszaak
Schout: Leidt de rechtszaak, stelt vragen, houdt orde, beslist mee over straf
3 Schepenen: Luisteren, stellen vragen, overleggen en oordelen met de schout
Verdachte: Verdedigt zichzelf tegen de beschuldiging
Getuige 1: Vertelt wat hij/zij heeft gezien/gehoord
Getuige 2: Zegt iets wat helpt of juist tegen de verdachte spreekt
Publiek (rest vd klas): Kijkt mee, mag na afloop reageren en stemmen op straf/onschuld
Slide 18 - Slide
Wat wordt bedoeld met de "burgerij" in de middeleeuwen?
A
De boeren die op het platteland werkten en onderdanig waren aan de heer.
B
De ridders die vochten voor hun koning en land.
C
Een groep mensen uit de stad die geen adel of geestelijkheid was, maar vaak rijk werd door handel en ambachten.
D
De geestelijken die in kloosters woonden en de bijbel bestudeerden.
Slide 19 - Quiz
Wat was een gilde in de middeleeuwen?
A
Een vereniging van ambachtslieden die regels opstelde voor hun vak en elkaar ondersteunde.
B
Een geheime broederschap van handelaren die de prijzen op de markt bepaalden.
C
Een militair gezelschap van huurlingen dat bescherming bood aan rijke kooplieden.
D
Een bestuurlijke raad van edelen die de stad regeerde namens de koning.
Slide 20 - Quiz
Aan de slag!
5.2 Pagina 68
Lezen: de middeleeuwse stad
Maken: 1,2,3,6 en 7
timer
15:00
Slide 21 - Slide
Leerdoel
Je kunt de sociale lagen in een middeleeuwse stad noemen en uitleggen hoe het ambachtswezen was georganiseerd.