Grammatica: bijwoordelijke bepaling

WELKOM
bij het vak Nederlands

Docent: Annemarie Klok
a.klok@reviaandoorn.nl
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 75 min

Items in this lesson

WELKOM
bij het vak Nederlands

Docent: Annemarie Klok
a.klok@reviaandoorn.nl

Slide 1 - Slide

leestijd
timer
15:00

Slide 2 - Slide

Wat gaan we doen?
- klassikaal een paar zinnen oefenen uit Cambiumned over LV en MV
- uitleg bijwoordelijke bepaling
- oefenen met de bijwoordelijke bepaling

Slide 3 - Slide

ontleedvolgorde
Hak de zin eerst in stukken.
Ontleedvolgorde:
1.pv (persoonsvorm): die weet je eigenlijk al zodra je de zin in stukken hakt
2.ow (onderwerp)
3.wg of ng (werkwoordelijk of naamwoordelijk gezegde)
4.lv (lijdend voorwerp): nooit bij een naamwoordelijk gezegde
5.mv (meewerkend voorwerp)
6. bijwoordelijke bepaling

Slide 4 - Slide

Oefenzin
Dat meisje | is | de knapste leerling.
pv=
ow=
wg of ng?
lv?

Slide 5 - Slide

Oefenzin
Dat meisje | is | de knapste leerling.|
pv= is
ow= dat meisje
wg= geen
ng= is de knapste leerling
lv = geen

Slide 6 - Slide

Oefenzin 2
Door de staking | ontstonden | enorme vertragingen.
pv=
ow=
wg=
ng=
lv=
mv=


Slide 7 - Slide

Oefenzin 2
Door de staking | ontstonden | enorme vertragingen.
pv= ontstonden
ow= enorme vertragingen
wg= ontstonden
ng= geen
lv= geen
mv= geen


Slide 8 - Slide

Oefenzin 3
De burgemeester | is | vanochtend | het eerste exemplaar |aangeboden.
pv=
ow=
wg=
ng=
lv=
mv=

Slide 9 - Slide

Oefenzin 3
De burgemeester | is | vanochtend | het eerste exemplaar |aangeboden.
pv= is
ow= het eerste exemplaar
wg= is aangeboden
ng= geen
lv= geen
mv= de burgemeester
Alleen het zinsdeel vanochtend moet je nu nog ontleden (komt later)

Slide 10 - Slide

Oefenzin 4
Dit boottochtje | kostte | ons | twaalf euro.
pv=
ow=
wg=
ng=
lv=
mw=

Slide 11 - Slide

Oefenzin 4
Dit boottochtje | kostte | ons | twaalf euro.
pv= kostte
ow= dit boottochtje
wg= kostte
ng= geen
lv= geen (iets 'kostte', namelijk dit boottochtje, = eenplaatsig werkwoord)
mw= ons

Slide 12 - Slide

bijwoordelijke bepaling (2.11)
- Geeft antwoorden op vragen als: wanneer, waar, waarmee, hoe, door wie, met wie, etc. 

Slide 13 - Slide

Nakijken huiswerk en oefenen met bwb
- kijk naar de oefeningen lv en mv: 
lv 1 t/m 25 en mv 1 t/m 227

- maak oefeningen 1 t/m 15 uit learnbeat:
hf. 11/11.2 /L/bijwoordelijke bepaling 2

Slide 14 - Slide

Volgende keer
Lezen paragraaf 2.12: samengestelde zinnen (is eigenlijk al behandeld). Alleen kolommen van jaar 1.

Slide 15 - Slide