1.2 lezen verbanden en signaalwoorden

H3
Lezen
verbanden en signaalwoorden

deel 2
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

H3
Lezen
verbanden en signaalwoorden

deel 2

Slide 1 - Slide

TEKSTVERBANDEN

Zorgen ervoor dat

woorden, zinnen en alinea's

met elkaar samenhangen.

Slide 2 - Slide

SIGNAALWOORDEN

Aan een

signaalwoord

zie je met

welk tekstverband

je te maken hebt.

Slide 3 - Slide

Welke verbanden ken je?
A
opsommend
B
oorzaak-gevolg
C
tegenstelling
D
voorbeeld

Slide 4 - Quiz

Verbanden en signaalwoorden
In het vorige hoofdstuk heb je de volgende verbanden geleerd:
- opsomming
- tegenstelling

Slide 5 - Slide

In deze les leer je de tekstverbanden:


- voorbeelden

- oorzaak - gevolg

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Link

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Noteer een zin waarin het verband oorzaak-gevolg zit.

Slide 10 - Open question

Wat is de oorzaak?
Het regende flink toen ik naar school fietste. Daardoor heb ik een natte broek.
A
Het regende flink
B
Ik heb een natte broek

Slide 11 - Quiz

Wat is het gevolg?
Het regende flink toen ik naar school fietste. Daardoor heb ik een natte broek.
A
Het regende flink.
B
Ik heb een natte broek.

Slide 12 - Quiz

Wat is de oorzaak?
Weefsel rond de ogen wordt met de jaren slapper, waardoor wallen onder je ogen duidelijk te zien zijn.

Slide 13 - Open question

Welk signaalwoord voor oorzaak-gevolg staat in alinea 1?

Slide 14 - Open question

Noteer de oorzaak
uit alinea 1?

Slide 15 - Open question

Welk verband herken je
in alinea 2?
A
oorzaak-gevolg
B
tijdsvolgorde
C
voorbeeld

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Slide

VOORBEELD TOELICHTING

herken je aan signaalwoorden zoals:

  • bijvoorbeeld
  • zo
  • zoals
  • denk aan
  • neem nou
  • onder andere


Slide 18 - Slide

Deze stageplek is bedoeld voor
VMBO -BB, VMBO - Kader , VMBO - GL en tenslotte VMBO -TL
A
tegenstelling
B
voorbeeld
C
opsomming

Slide 19 - Quiz