H 6.1 Negatieve getallen

Wat gaan we deze les doen?

- Terugblik
- Doelen van deze les
- Theorie
- Huiswerk
1 / 17
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Wat gaan we deze les doen?

- Terugblik
- Doelen van deze les
- Theorie
- Huiswerk

Slide 1 - Slide

Terugblik
  • Ik weet hoeveel decimalen een decimaal getal heeft.
  • Ik kan een getal uitbreiden tot een getal met 3 decimalen.
  • Ik ken de tekens <, > en = en kan deze toepassen in een som.
  • Ik kan aangeven welk decimaal getal groter of kleiner is.
  • Ik weet wat even, oneven, delers en veelvouden van getallen zijn.
  • Ik kan berekenen welk getal precies tussen twee getallen in ligt.
  • Ik kan getallen plaatsen op een getallenlijn. 

Slide 2 - Slide

Aan het eind van de les:

  • Ik weet wat positieve en negatieve getallen zijn. 
  • Ik weet dat het getal 0 niet positief en niet negatief is.
  • Ik kan positieve en negatieve getallen verklaren in praktijksituaties.
  • Ik weet wanneer een getal groter of kleiner dan een ander getal is.
  • Ik kan negatieve getallen plaatsen op een getallenlijn.
  • Ik weet wat tegengestelde getallen zijn. 

Slide 3 - Slide

blz. 11

Slide 4 - Slide

Opgave 4 (blz. 11)











aantal
240









aantal







timer
1:00

Slide 5 - Slide

Opgave 5 maken (blz. 11)











aantal
240









aantal







timer
2:00

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Opgave 6 (blz. 12)











aantal
240









aantal







Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

blz. 13

Slide 10 - Slide

blz. 14

Slide 11 - Slide

blz. 14

Slide 12 - Slide

Opgave 11 (blz. 14)











aantal
240









aantal







timer
2:00

Slide 13 - Slide

blz. 15

Slide 14 - Slide

Opgave 16 (blz. 15)











aantal
240









aantal







timer
2:00

Slide 15 - Slide

Aan het eind van de les:

  • Ik weet wat positieve en negatieve getallen zijn. 
  • Ik weet dat het getal 0 niet positief en niet negatief is.
  • Ik kan positieve en negatieve getallen verklaren in praktijksituaties.
  • Ik weet wanneer een getal groter of kleiner dan een ander getal is.
  • Ik kan negatieve getallen plaatsen op een getallenlijn.
  • Ik weet wat tegengestelde getallen zijn. 

Slide 16 - Slide

Huiswerk



H 6.1

opgave 5, 7, 10, 13, 17





Slide 17 - Slide