Week 15

English
1 / 15
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

English

Slide 1 - Slide

To Do:
Week 15
  • Lesson 1:  Check Answers 3E/3I + Chapter 4B
  • Lesson 2: Chapter 4B + Slim Stampen
  • Lesson 3:  SO Theme Words 3+ 4 + Stones 3


Slide 2 - Slide

Aims

-  Je kunt bijvoeglijk naamwoorden (adjectives) gebruiken in een zin.
- Je kunt de present perfect correct gebruiken.
- Je kent de Theme Words van Chapter 3B & 4B + Stones van Chapter 3.



Slide 3 - Slide

Lesson 1

Slide 4 - Slide

Previous Lessons
Grammar 3E: exercise 32d-33b- 34- 35a/b- 36 on p. 144-147
Grammar 3I: exercise 58- 59-60a on p. 160-162

Slide 5 - Slide

4B: Theme Words
  • Theme Words: shopping p. 14
  • Theme Words: adverbs of frequency p.16
  • Theme Words: shopping words p. 23
  • Theme Words: getting around town p. 39

Slide 6 - Slide

4B/D/H: Theme Words
Exercise 11: schrijf de Nederlandse vertalingen van de woorden op.
Exercise 12: zet de Theme Words onder de afbeeldingen. 
Exercise 13: onderstreep de correcte Theme Words.
Exercise 14: schrijf de Nederlandse vertalingen van de woorden op. 
Exercise 15a: zet de woorden in de volgorde ( minst vaak tot meest vaak) door ze te nummeren.
Exercise 15b: zoek de weg door het doolhof, je moet 6 Theme Words tegenkomen. Schrijf deze op.
Exercise 16: lees de strategie goed door. 
Exercise 24: schrijf de Nederlandse vertalingen van de woorden op en vul de ontbrekende theme words in de zinnen in. (p.23/24)
Exercise  48: schrijf de Nederlandse vertalingen van de woorden op en vul de Theme Words in bij de afbeelding. (p.39)

Klaar: leer de Theme Words op  p.48 ( cashier-traffic jam)
             Slim Stampen: Vocabulary B-D-H

Je hebt op maandag en donderdag de tijd om aan deze opdrachten te werken. Donderdag nakijken (einde van de les).

Slide 7 - Slide

Homework

Study:
  •  Book A: Theme Words on p. 166 ( applaud t/m subtitles)
                          Stone 7/8/9 on p. 168
  • Book B: Theme Words on p. 48 ( cashier-traffic jam)


Slide 8 - Slide

Lesson 2

Slide 9 - Slide

4B: Theme Words
  • Theme Words: shopping p. 14
  • Theme Words: adverbs of frequency p.16
  • Theme Words: shopping words p. 23
  • Theme Words: getting around town p. 39

Slide 10 - Slide

4B/D/H: Theme Words
Exercise 11: schrijf de Nederlandse vertalingen van de woorden op.
Exercise 12: zet de Theme Words onder de afbeeldingen. 
Exercise 13: onderstreep de correcte Theme Words.
Exercise 14: schrijf de Nederlandse vertalingen van de woorden op. 
Exercise 15a: zet de woorden in de volgorde ( minst vaak tot meest vaak) door ze te nummeren.
Exercise 15b: zoek de weg door het doolhof, je moet 6 Theme Words tegenkomen. Schrijf deze op.
Exercise 16: lees de strategie goed door. 
Exercise 24: schrijf de Nederlandse vertalingen van de woorden op en vul de ontbrekende theme words in de zinnen in. (p.23/24)
Exercise  48: schrijf de Nederlandse vertalingen van de woorden op en vul de Theme Words in bij de afbeelding. (p.39)

Klaar: leer de Theme Words op  p.48 ( cashier-traffic jam)
             Slim Stampen: Vocabulary B-D-H

Je hebt op maandag en donderdag de tijd om aan deze opdrachten te werken. Donderdag nakijken (einde van de les).

Slide 11 - Slide

Homework

Study:
  •  Book A: Theme Words on p. 166 ( applaud t/m subtitles)
                          Stone 7/8/9 on p. 168
  • Book B: Theme Words on p. 48 ( cashier-traffic jam)


Slide 12 - Slide

Lesson 3

Slide 13 - Slide

SO: Theme Words+ Stones
Vertaal de woorden (1-10) van het Engels naar het Nederlands.
Vertaal de woorden (11-20) van het Nederlands naar het Engels.
Vertaal de zinnen (21-25) van het Engels naar het Nederlands.

Klaar:  -leg het toetspapier omgedraaid op je tafel. 
              - wacht in stilte, op je plaats tot iedereen klaar is.
             - maak een tekening op de achterkant.
             

Slide 14 - Slide

4A: Getting Started
Wat:
Exercise 1: bekijk de afbeelding en schrijf de Engelse woorden op. De eerste letters zijn gegeven.
Exercise 2: vul de juiste woorden in.
Exercise 3: maak de zinnen af met much en many.
Exercise 4: gebruik de afbeeldingen om zinnen te maken met too much en too many.
Hoe: zelfstandig, fluisterend overleg met je buurman/buurvrouw.
Uitkomst: we gaan de antwoorden de volgende les nakijken.

Slide 15 - Slide