Leçon 13 Répétion du chapitre

Leçon 13 Chapitre 1
Répétion du chapitre
1 / 15
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Leçon 13 Chapitre 1
Répétion du chapitre

Slide 1 - Slide

Qu'est-ce qu'on va faire aujourd'hui
-  We herhalen het werkwoord avoir met de persoonlijke voornaamwoorden
- We herhalen hoe je in het Frans lidwoorden gebruikt 
- We herhalen de getallen van 0 t/m 20

Slide 2 - Slide

A. optreden

B. ontdekt worden

C. zin hebben om te 

A. zij  heeft
B. zij hebben
C.  men heeft
D.  jullie hebben
E. jij / je hebt
F. wij hebben
1.  nous  avons
2.  tu  as
3.  ils  ont
4.  on  a
5.  vous avez
6.  elle  a

Slide 3 - Drag question

Wanneer gebruik je "ils" en wanneer "elles"

Slide 4 - Open question

Wanneer gebruik je "j'" en wanneer " je"

Slide 5 - Open question

Het persoonlijk voornaamwoord
Je/J' = ik                        Nous = wij
Tu = jij                             Vous = jullie/u
Il  = hij                             Ils = zij (mannelijk en voor gemengd)
Elle = zij                         Elles = zij (vrouwelijk)
On = men/wij

Slide 6 - Slide

Le pont (les verbes et grammaire)
Tu prends ton livre à la page cent-quarante-et-un

En duo tu fais exercices 4ABC
Ensemble on fait exercice 5A

Slide 7 - Slide

Les articles
Hoe zat het ook al weer?

De, het, een > in het Frans????

Slide 8 - Slide

Explication de l'article défini
Mannelijke woorden enkelvoud: le
Vrouwelijke woorden enkelvoud: la
Mannelijke en vrouwelijke woorden meervoud: les
Mannelijke en vrouwelijke woorden die beginnen met een klinker of een h: l'
Mannelijke woorden eindigen vaak op een medeklinker
Vrouwelijke woorden eindigen vaak op een e of ion

Slide 9 - Slide

L'article indéfini
Naast de lidwoorden de en het (in het Frans dus le, la of l') heb je natuurlijk het lidwoord een.

In het Frans bestaan daar 2 vormen voor:
mannelijke woorden enkelvoud: un
vrouwelijke woorden enkelvoud: une
mannelijke en vrouwelijke woorden meervoud: des

Slide 10 - Slide

L'article
À la page cent-quarante-et-un tu fais exercice 5B et C

Slide 11 - Slide

Les réponses 5B et C
5B: 1 la, 2 le, 3 l',. 4 le, 5 l' 6, le
5C: 1 les copine, 2 les exercices, 3 les jours, 4 les poissons, 5 les familles, 6 la soeur, 7 l'ami, 8 les stylos

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

     Bingo 
Prenez une feuille et écris neuf chiffres!

Slide 14 - Slide

Pour la prochaine leçon
Apprends parti E,F,G,H + les nombres 0 à 20



Slide 15 - Slide