fictieve autobiografie 2C

Welkom 1C
Start met de woordzoeker.
Welk beroep ken je niet? Markeer dat beroep.
1 / 27
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 27 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom 1C
Start met de woordzoeker.
Welk beroep ken je niet? Markeer dat beroep.

Slide 1 - Slide

Wat gaan we deze week doen?
Woensdag
inleveren boekenvlog
presentaties boekbespreking
Woordzoeker beroepen
Start oefenen verslag
Donderdag
Verslag inleveren.
Opdrachten werkboek B maken

Slide 2 - Slide

Wat gaan we deze les doen?
  • Woordzoeker beroepen.
Welke beroepen ken je niet? Markeer dat beroep.
  • Een dag uit het leven van... schrijven.

Slide 3 - Slide

Verhalen schrijven
Doel van deze les:
Je verdiept je in een bepaald beroep en je kunt een dag uit het leven van... beschrijven.

Slide 4 - Slide

De opdracht
Je krijgt een foto.
Je zoekt op internet informatie over het beroep op jouw foto.
Je beschrijft een dag uit het leven van de persoon op de foto.
Je gebruikt wat je ziet op de foto.
Je mag passend bij de foto elementen verzinnen.

Slide 5 - Slide

Op de lagere school was ik gek op zwemmen en op vissen. Vlakbij mijn huis was een grote sloot, ik was daar iedere middag aan het vissen. In de zomer zwom ik daar ook. 
Ik vond school niet zo leuk en het ging niet zo goed. Mijn ouders hebben me gelukkig veel geholpen en ik ben goed door deze moeilijke periode heen gekomen. En toen ik ontdekte dat ik mijn hobby's kon combineren tot een echte baan, ging het echt goed met mij. Ik zal je vertellen hoe mijn dag eruit ziet.

Slide 6 - Slide

De schrijfopdracht
Waarover schrijf ik?  - Over de persoon op de foto (dat ben jij)
Voor wie schrijf ik?  - Klasgenoten
Met welk doel schrijf ik?  - Amuseren (deels informeren)
Wat voor soort tekst is het?  - levensverhaal / verslag
Hoeveel tijd staat ervoor?  - 20 minuten, 1e versie
Waar wordt het gepubliceerd?  - Samen lezen in de klas
Aan welke eisen moet het voldoen?  - minimaal 150 woorden
Hoe en door wie wordt hij beoordeeld?  - o/v/g voor inzet en klasgenoten

Slide 7 - Slide

Hulpvragen
Hoe ben je tot dit beroep gekomen? (hobby, familie, etc.)
Welke studie heb je gedaan?
Hoe ziet jouw dag eruit? Wat maak je mee? Gebruik je fantasie.

Begin je verhaal met een spannende of grappige openingszin; 
Gebruik beschrijvende taal: wat doe je, wat denk je, wat zie je? 

Slide 8 - Slide

Wat lever je in? Huiswerk
Via e-mail lever je je tekst in.
Inleverdatum: donderdag 5 juni
Donderdag 12-6 lezen we elkaars teksten in de klas.
Klaar? Maak H4.5 opdracht 3 t/m 14 Werkboek B

Slide 9 - Slide

Heb je het lesdoel behaald?
Je verdiept je in een bepaald beroep en je kunt een dag uit het leven van... beschrijven.

Slide 10 - Slide

Welkom 2C
Start met 20 minuten stillezen
Je stoort niemand.

Slide 11 - Slide

De lcuht is blauw de zon is gorot,
Ik zie een vinlder die zo hoog vilegt, zo groot.
De bomen dansen, de vgoels znigen,
Ik zie een kekkir vrijlok siprengn.
De bleemon lechan, het gras is zcah,
De wlreed is mooi, echt parcht.
Ik speel en spel wat veligt de tjid snel. 





Slide 12 - Slide

Wat gaan we deze week doen?
Thema: beroepskeuze
Dinsdag: verhaal schrijven
Woensdag: uitleg en start beroepenvlog

Slide 13 - Slide

Wat gaan we deze les doen?
  • Stillezen
  • Een dag uit het leven van... schrijven. 
  • Klaar? H4.9 opdracht 1 t/m 7 online

Slide 14 - Slide

Verhalen schrijven
Doel van deze les:
Je verdiept je in een bepaald beroep en je kunt een dag uit het leven van... beschrijven.

Slide 15 - Slide

De opdracht
Je kiest een foto uit.
Je zoekt op internet informatie over het beroep op jouw foto.
Je beschrijft een dag uit het leven van de persoon op de foto
Je gebruikt wat je ziet op de foto.
Je mag passend bij de foto elementen verzinnen.
Werk alleen of in een tweetal.

Slide 16 - Slide

De schrijfopdracht
Waarover schrijf ik?  - Over de persoon op de foto (dat ben jij)
Voor wie schrijf ik?  - Klasgenoten
Met welk doel schrijf ik?  - Amuseren
Wat voor soort tekst is het?  - levensverhaal
Hoeveel tijd staat ervoor?  - 20 minuten, 1e versie
Waar wordt het gepubliceerd?  - Samen lezen in de klas
Aan welke eisen moet het voldoen?  - minimaal 20 regels
Hoe en door wie wordt hij beoordeeld?  - o/v/g voor inzet en klasgenoten

Slide 17 - Slide

Hulpvragen
Hoe ben je tot dit beroep gekomen? (hobby, familie, etc.)
Welke studie heb je gedaan?
Hoe ziet jouw dag eruit?
Wat vind je het leukst aan jouw beroep?
Zijn er ook nadelen aan jouw beroep?
Hoe ziet je toekomst eruit? Heb je carrièremogelijkheden? 

Slide 18 - Slide

Wat lever je in? Huiswerk
Inleverdatum via e-mail: woensdag 21-5. Voordat je inlevert: controleer je spelling, hoofdletters en leestekens.
Dinsdag 27-5 lezen we elkaars teksten in de klas.

Slide 19 - Slide

Heb je het lesdoel behaald?
Je verdiept je in een bepaald beroep en je kunt een dag uit het leven van... beschrijven.

Slide 20 - Slide

Welkom 1C
Start met het lezen van de leerteksten: H3.4
-Een verslag schrijven
-Een goede inleiding
-Titel van een verslag
-Afwisselen 1: synoniemen gebruiken
Daarna de woordzoeker.
Welk beroep ken je niet? Markeer dat beroep.

Slide 21 - Slide

Wat gaan we deze les doen?
  • Boekenvlog!
  • Leerteksten lezen: zijn er vragen?
  • woordzoeker
  •  Boekenvlog: Lotte en Chalisa

Slide 22 - Slide

Waarom is het goed om synoniemen in je tekst te gebruiken?
Waarom is het goed om synoniemen in je tekst te gebruiken?

Slide 23 - Slide

Waarom is het goed om synoniemen in je tekst te gebruiken?
Synoniemen zorgen voor afwisseling in je tekst. Daardoor leest je tekst prettiger.

Slide 24 - Slide

De schrijfopdracht
Waarover schrijf ik?  - Over de persoon op de foto (dat ben jij)
Voor wie schrijf ik?  - Klasgenoten
Met welk doel schrijf ik?  - Amuseren (deels informeren)
Wat voor soort tekst is het?  - levensverhaal / verslag
Hoeveel tijd staat ervoor?  - 20 minuten, 1e versie
Waar wordt het gepubliceerd?  - Samen lezen in de klas
Aan welke eisen moet het voldoen?  - minimaal 150 woorden
Hoe en door wie wordt hij beoordeeld?  - o/v/g voor inzet en klasgenoten

Slide 25 - Slide

Leesopdracht
  • Controleer of de schrijver niet te vaak dezelfde woorden heeft gebruikt. Vervang te vaak herhaalde woorden door synoniemen.
  • Is er een inleiding, kern, slot?
  • Krijg je antwoord op de 5W en H-vragen?

Slide 26 - Slide

Ben je goed voorbereid op de toets?
Leren: H3.4
Belangrijk: Inleiding, kern, slot, synoniemen, leef je goed in, doe precies wat de opdracht vraagt.
Inloggen met eigen account, delen met mij en KDE. Veel succes!

Slide 27 - Slide