File 3 - The race - 27/30/34

1 / 19
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

File 3
Welcome

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
Je begrijpt het verschil tussen de Past Simple en de Present Perfect.
Je kunt uitleggen hoe je de present perfect maakt.
Je kent een aantal irregular verbs van File 3.

Slide 3 - Slide

This lesson
1. repeat
Present Perfect
herhalen
2. explanation
PP & PS
uitleggen
3. homework
bespreken
4. Make
27/28/30/34
homework
5.Finish the lesson
Teams
samen

Slide 4 - Slide

Never have I ever .....

Slide 5 - Slide

Present Perfect & Past Simple\
onvoltooide tijd & Verleden tijd
        
De PAST SIMPLE geeft aan dat iets is geweest en afgelopen is. Verleden tijd > In een zin herken je dat aan bijvoorbeeld de signalwords: 
  • Yesterday, last week, years ago, when I was younger...
De PRESENT PERFECT geeft aan dat iets in het verleden is gebeurt en dat dat nog steeds in het heden zo is. 
  • FYNE JAS: forever, never, ever,just, always, since....

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

example
Have you been in Paris already?

  • Yes, I have been in Paris (tijd is niet duidelijk = PP)
  • Yes, I went to Paris in 2015. (2015 is geweest =PS)

PP=present perfect / PS = past simple

Slide 8 - Slide

Present Perfect 

        
Have/has + voltooid deelwoord
Ik heb verloren / Hij heeft gewonnen

Slide 9 - Slide

Wat is dan het voltooid deelwoord?

er zijn 2 verschillende         regelmatige werkwoorden: 
                                                    heb gewacht / have waited)
                                                  onregelmatige werkwoorden:
                                                     heb gewonnen/ have won
1
2

Slide 10 - Slide

           
             regelmatige werkwoorden       
1
 have/has+ werkwoord + -ed
play - played
walk - walked
work - worked
want - wanted
Try    - tried

Slide 11 - Slide

       Het irregular werkwoord staat altijd in een rijtje van drie .  (onregelmatig ww)
to do ----------    did       -------   done 
to fly ----------     flew     -------   flown
to go ---------      went    -------   gone
hele werkwoord
1
verleden tijd
2
voltooid deelwoord
3
2

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

They .............never
jumped out of a plane
A
has
B
have

Slide 14 - Quiz

Present perfect:
I ...... (read)
A
I read
B
I have read

Slide 15 - Quiz

We sang that song yesterday.
A
Past Simple
B
Present Perfect

Slide 16 - Quiz

Maak present perfect:
I ..... eaten an apple.
A
have
B
has

Slide 17 - Quiz

Maak present perfect:
Peter ......... told a joke.
A
have
B
has

Slide 18 - Quiz

Make 30/34 (kgt2: 29/30)
finished: all?

Ready? Timer still running
  • Maak 27/31/32 (kgt2: 27/28/31)
  • practice phrases
  • www.test-english.com
timer
10:00

Slide 19 - Slide