H6 2VWO 2025 dictée voc. B en C zinnen

Chapitre 6
Tous au camping!
1 / 31
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 31 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

Chapitre 6
Tous au camping!

Slide 1 - Slide

Sur la table....
* TON LIVRE: B

* TA TROUSSE

* TON CAHIER

* TON ORDINATEUR

Slide 2 - Slide

Prends ton ordinateur!
Cherche LessonUp!

Slide 3 - Slide

Planning d'aujourd'hui
* Parler français
* regarder aimer parler donner travailler         page 162 - 164
* être avoir faire aller prendre pouvoir vouloir page 162 - 164

Les devoirs pour lundi: Voc. B + zinnen van C
présent, passé composé en future proche regelmatige werkwoorden






Slide 4 - Slide

Prends ton livre!
Livre B:
page:  80

Vocabulaire bekijken.

Dan dictée maken en kijken wat je kan vertalen. Uit het hoofd.
Tot slot: boek erbij

 







Slide 5 - Slide

Prends ton stylo!
Dictée voc. A 

Slide 6 - Slide

Doel van de "dictées"
1. Regelmatig leren vergroot kennis van de woordenschat.
2. De kennis komt in het lange termijn geheugen.
3. De schrijfwijze wordt juist geoefend.
4. De uitspraak wordt geoefend.
5. Bewustwording van het verband tussen grammatica en zinsstructuren.
6. Feedback vergroot inzicht door fouten te bekijken.

Slide 7 - Slide

Dictée
* 5 Franse zinnen en woordjes: vertaal
* 5 Nederlandse zinnen en woordjes: vertaal

Slide 8 - Slide

Dictée chapitre 6: Vocabulaire A 
1. Le lendemain
2. Le maillot de bain
3. Comme tu veux
4. Pardon, tu peux épeler ton nom?
5. Je voudrais participer à une activité.

Slide 9 - Slide

Dictée chapitre 6: Vocabulaire A 
6.   Mijn voornaam is....
7.   Ik kom uit Amersfoort.
8.   De taal
9.   Hoi, spreek je Frans?
10. Hoe heet je?

Slide 10 - Slide

Dictée chapitre 6: Vocabulaire A 
1. De volgende dag
2. De zwembroek
3. Zoals je wilt 
4. Sorry? Kun je je naam spellen?
5. Ik wil deelnemen aan een activiteit

Slide 11 - Slide

Dictée chapitre 6: Vocabulaire A 
6.   Mon prénom est .....
7.   Je viens d'Amersfoort.
8.   La langue
9.   Salut, tu parles français?
10. Comment tu t'appelles?

Slide 12 - Slide

Prends ton livre!
Livre B:
page:  83

Prendre:

Présent
Passé composé
Futur proche

 







Slide 13 - Slide

Prendre: Hoe ziet dat eruit per tijd?

Présent                    :   Jij neemt een cola

Passé composé      :  Jij hebt een cola genomen

Futur proche           : Jij gaat een cola nemen

Schrijf in je schrift als voorbeeld. Zet de vertaling erachter

Slide 14 - Slide

Prendre: Hoe ziet dat eruit per tijd?

Présent              :   Jij neemt een cola.              Tu prends un coca.

Passé composé:  Jij hebt een cola genomen.  Tu as pris un coca.

Futur proche     : Jij gaat een cola nemen.    Tu vas prendre un coca.



Slide 15 - Slide

Je hebt het onregelmatige werkwoord "aller" nodig voor de futur proche

Slide 16 - Slide

Prends ton livre!
Livre B:
page:  82

Prononciation:
Phrases-clés: C

 







Slide 17 - Slide

Parler français!

Slide 18 - Slide

Rencontrer quelqu'un:

*Salut, tu parles français?
* Comment tu t'appelles?
* Pardon? Tu peux épeler ton nom?
* Tu viens d'où?

*Tu pars quand?
* On va à la piscine demain?
* À dix heures?




Rencontrer quelqu'un:

* Oui, je parle un petit peu français.
* Je m'appelle......
* .........    ...........
* Je viens d'Amersfoort. 
C'est aux Pays-Bas
* Je pars dans deux semaines.
* Oui, on se voit à quelle heure?
* D'accord! À demain!


Slide 19 - Slide

Fais le stencil
Werkwoorden oefenen

Ben je klaar dan ga aan de slag met het volgende stencilpakket

Slide 20 - Slide

Prends ton livre!
Livre B:                     Intro
page  10 et 11

Faire Intro:
Exercice: 1 t/m 3
 







Slide 21 - Slide

Les devoirs

Leren vocabulaire A                   

Slide 22 - Slide

Ben je klaar! 
Wij gaan zo weer een bingo spelen.
Maak een kader van 9 vakjes.
Zet er random 9 woordjes en zinnetjes in van:
apprendre 4 en apprendre 7 (zin 5 t/m 8) 

Slide 23 - Slide

Bingo

Slide 24 - Slide

In deze Franse les ben ik meer te weten gekomen over.......

Slide 25 - Mind map

La fin du cours. À la prochaine!

Slide 26 - Slide

Instruction
Wat     : Maken van "intro" op blz. 6: opdracht 1b,2 en 3
Hoe     : Zorg dat je de vragen goed leest!  Je werkt IN JE BOEK!
Wie     :  Overleg in tweetallen
Tijd     :  10 minuten
Klaar  :  Starten met leren Apprendre 1: 
              Schrijf de woordjes voluit achterin je schrift. 

Slide 27 - Slide

ZS: zelfstandig werken in stilte
Voordelen:
*Rustige sfeer om in te werken.
*Aanscherpen concentratie
*Betere Focus
*Zelf oplossingsgericht nadenken

Na 10 minuten mag je zeker vragen stellen.

Slide 28 - Slide

Les devoirs
Leren vocabulaire A: blz. 39                   Fr-Nl en Nl-Fr

Slide 29 - Slide

Prends ton cahier!
Il faut prendre des notes!

Slide 30 - Slide

Prends ton ordinateur!
Cherche Nearpod!

Slide 31 - Slide