This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
Puberbrein
Slide 1 - Slide
Wat is het belangrijkste voor pubers als ze bezig zijn met het ontdekken van wie ze zijn?
A
Pubers kiezen spontaan welke overtuigingen ze hebben
B
Pubers proberen verschillende manieren van denken en doen, om uit te zoeken wat bij hen past.
C
Pubers houden zich meestal aan de identiteit die hun ouders voor hen hebben gekozen.
D
Pubers hebben geen last van innerlijke twijfels wanneer ze hun identiteit ontdekken, het gaat altijd vanzelf.
Slide 2 - Quiz
Wat is identiteitsontwikkeling?
Pubers zijn bezig met de vraag: Wie ben ik en waar hoor ik bij?
Ze experimenteren met verschillende rollen, waarden en overtuigingen.
Dit proces is normaal en noodzakelijk voor hun groei naar volwassenheid.
Slide 3 - Slide
Hoe beïnvloedt groepsdruk het gedrag van pubers?
A
Het kan leiden tot risicovol gedrag
B
Het heeft geen invloed
C
Het maakt ze verantwoordelijk
D
Het heeft alleen invloed als de relatie met de ouders slecht is
Slide 4 - Quiz
Het sociale brein ontwikkelt zich en pubers hebben een sterke behoefte om erbij te horen.
Slide 5 - Slide
Groepsdruk kan positief en negatief uitpakken. Is dit waar of niet waar?
Slide 6 - Open question
Pubers zijn geneigd om zich aan te passen aan de normen en gedragingen van hun groep, zelfs als dit indruist tegen hun eigen waarden of gezond verstand.
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Video
Vroege adolescentie (ongeveer 10-14 jaar):
Kinderen beginnen meer na te denken over wie ze zijn en wat ze belangrijk vinden.
Ze kunnen regels en normen in twijfel trekken en experimenteren met nieuw gedrag om hun eigen grenzen te ontdekken.
Slide 9 - Slide
Middelbare adolescentie (ongeveer 14-18 jaar):
Pubers ontwikkelen een kritische houding en vormen hun eigen mening over verschillende onderwerpen.
Ze zoeken naar onafhankelijkheid en proberen zich los te maken van de zorg van hun ouders.
In deze fase is het belangrijk dat ze ruimte krijgen om hun eigen keuzes te maken en verantwoordelijkheid te dragen
Slide 10 - Slide
Late adolescentie (ongeveer 18-21 jaar):
Jongeren hebben een duidelijker beeld van wie ze zijn en wat ze willen bereiken in het leven.
Ze ontwikkelen een gevoel van continuïteit en stabiliteit in hun identiteit.
Het besef van wederzijdse erkenning en zelfacceptatie speelt een grote rol in deze fase.
Slide 11 - Slide
Waarom reageren pubers soms impulsief en emotioneel?
A
Ze willen aandacht
B
Hun pre-frontale cortex is nog niet ontwikkeld
C
Zo zijn ze nou eenmaal
D
De emotionele ontwikkeling is nog niet voltooid
Slide 12 - Quiz
planning en impulsbeheersing nog niet volledig ontwikkelt.
Het gedeelte dat emoties regelt is sterk actief en gevoelig voor hormonale veranderingen
Slide 13 - Slide
Waarom zijn pubers meer geneigd om risicovolle activiteiten te ondernemen?
A
Ze staan onder druk van vrienden
B
Het beloningssysteem in de hersenen is extra gevoelig voor onmiddellijke beloning
C
Ze overzien de lange termijn beter, waardoor ze de gevolgen beter snappen
D
Het strafsysteem in de hersenen werkt nog niet optimaal
Slide 14 - Quiz
Verhoogde gevoeligheid voor beloningen kan pubers aanmoedigen om risicovolle of impulsieve beslissingen te nemen, omdat ze sterk gemotiveerd zijn door de onmiddellijke beloning die ze verwachten te krijgen.
Slide 15 - Slide
Tips en tricks
Zorg voor een open en eerlijke dialoog met je student. Bespreek de mogelijke gevolgen van risicovol gedrag zonder te oordelen.
Maak duidelijke afspraken over wat wel en niet acceptabel is. Consistente regels helpen pubers om te begrijpen wat er van hen verwacht wordt.
Toon zelf verantwoordelijk gedrag. Pubers leren veel door het gedrag van hun ouders te observeren en na te bootsen.
Toon interesse in het leven van je puber en wees betrokken bij hun activiteiten. Dit kan helpen om risicovol gedrag vroegtijdig te signaleren en aan te pakken
Slide 16 - Slide
Welk stofje komt bij pubers in de hersenen vrij als ze een onmiddellijke beloning krijgen?
A
Serotonine
B
Adrenaline
C
Dopamine
D
Cortisol
Slide 17 - Quiz
Wanneer wordt er in het lichaam dopamine aangemaakt?