Periode 3

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Periode 3

• Resultaten SE schrijfvaardigheid
• Programma periode 3
• Starten oefenen luistervaardigheid 

Programma periode 3

ma. 10 feb. - 4E - 4e uur

• Oefenen met luistervaardigheid 
• Uitleg Kijken & luisteren H2
• Oefenen met aantekeningen maken

Oefenen met luistervaardigheid

• Samen  luisteren fragment opdr. 2
• Maak opdr. 2 blz. 23
• Samen luisteren fragment opdr. 3
• Maak opdr. 3 blz. 23

Uitleg Kijken & luisteren H2

Aantekeningen maken:

• Wat zijn aantekeningen?
• Wanneer maak je aantekeningen?
• Wat noteer je in je aantekeningen?
• Waarom moet je niet te veel opschrijven?

Oefenen met aantekeningen maken

• Lees de vragen van opdr. 1
• Luister naar de podcast van Focus Wetenschap over biologische lariekoek. 
• Maak aantekeningen tijdens het luisteren.
• Maak vraag 1 t/m 10 van opdr. 1 op blz. 51

Huiswerk voor vr. 14/2

afmaken opdr. 1 en 2 blz. 51 --> Kijken & luisteren H2

vr. 14 feb. - 4E - 4e uur

• Bespreken SE schrijfvaardigheid
• Bespreken huiswerk: opdr. 3 blz. 23 - Kijken & luisteren H1 
• Uitleg Kijken & luisteren H2
• Oefenen met aantekeningen maken
• Inloggen in Woots

Uitleg Kijken & luisteren H2

Aantekeningen maken:

• Wat zijn aantekeningen?
• Wanneer maak je aantekeningen?
• Wat noteer je in je aantekeningen?
• Waarom moet je niet te veel opschrijven?

Oefenen met aantekeningen maken

• Lees de vragen van opdr. 1
• Luister naar de podcast van Focus Wetenschap over biologische lariekoek. 
• Maak aantekeningen tijdens het luisteren.
• Maak vraag 1 t/m 10 van opdr. 1 op blz. 51

Inloggen Woots

• Ga naar woots.nl 
• Log in via 'entree'

ma. 17 feb. - 4E - 4e uur

• Bespreken huiswerk: opdr. 1 blz. 51 vraag 1 t/m 10 - Kijken & luisteren H2
• Inloggen in Woots
• Oefenen met kijk- en luistertoets cito 2017/2018
• do. 13 maart - 3e, 4e en 5e lesuur in lokaal 103

do. 20 feb. - 4E - 5e uur

• Bespreken huiswerk: Kijk- en luistertoets Nederlands | 2017/2018 | vmbo kb/gt | tekstbegrip | digitaal
• Aan de slag met: Kijk- en luistertoets Nederlands | 2017/2018 | vmbo kb/gt | kritisch kijken en luisteren | digitaal

ma. 3 mrt. - 4E - 4e uur

• Huiswerk voor deze les was eigenlijk: afmaken Kijk- en luistertoets Nederlands | 2017/2018 | vmbo kb/gt 

• Les van vandaag start van: Kijk- en luistertoets Nederlands | 2018/2019 | vmbo kb/gt - helemaal

  

SE Kijken en luisteren

do. 13 maart 

3e, 4e en 5e lesuur - lokaal 103

Lessen tot aan de luistertoets

• ma 3/3 - 4e: Kijk- en luistertoets Nederlands|2018/2019 
• wo 5/3 - 1e + 4e: Kijk- en luistertoets Nederlands|2018/2019
• ma. 10/3 - 4e: Kijk- en luistertoets Nederlands|2019/2020
• wo 12/3 - 1e + 4e: Kijk- en luistertoets Nederlands|2019/2020
• extra: Kijk- en luistertoets Nederlands | 2020/2021

• do 13/3: SE luistervaardigheid

Zelfstandig werken

Kijk- en luistertoets Nederlands | 2018/2019 | vmbo kb/gt - helemaal

wo. 5 mrt. - 4E - 1e+4e uur

Kijk- en luistertoets Nederlands | 2018/2019 | vmbo kb/gt :

• fictie
• tekstbegrip
• kritisch kijken en luisteren

  

SE Kijken en luisteren

do. 13 maart 

3e, 4e en 5e lesuur - lokaal 103

Lessen tot aan de luistertoets

• ma 3/3 - 4e: Kijk- en luistertoets Nederlands|2018/2019 
• wo 5/3 - 1e + 4e: Kijk- en luistertoets Nederlands|2018/2019
• wo 12/3 - 1e + 4e: Kijk- en luistertoets Nederlands|2019/2020
• extra: Kijk- en luistertoets Nederlands | 2020/2021

• do 13/3: SE luistervaardigheid

Zelfstandig werken

Kijk- en luistertoets Nederlands | 2018/2019 | vmbo kb/gt:

• fictie
  
• tekstbegrip
  
• kritisch kijken en luisteren

wo. 12 mrt. - 4E - 4e uur

• De aanloop naar naar het SE Kijk- en luistervaardigheid
• Kijk- en luistertoets Nederlands | 2019/2020 | vmbo kb/gt 

  

SE Kijken en luisteren

do. 13 maart 

3e, 4e en 5e lesuur - lokaal 103

Lessen tot aan de luistertoets

• ma 3/3 - 4e: Kijk- en luistertoets Nederlands|2018/2019 
• wo 5/3 - 1e + 4e: Kijk- en luistertoets Nederlands|2018/2019
• wo 12/3 - 1e + 4e: Kijk- en luistertoets Nederlands|2019/2020
• extra: Kijk- en luistertoets Nederlands | 2020/2021

• do 13/3: SE luistervaardigheid

Zelfstandig werken

Kijk- en luistertoets Nederlands | 2019/2020 | vmbo kb/gt:

1. tekstbegrip
2. fictie
3. kritisch kijken en luisteren

Voorbereiding SE KLT 13/3

• Vandaag maak je alle drie de toetsen van Kijk- en luistertoets Nederlands | 2019/2020 | vmbo kb/gt:

1. tekstbegrip
2. fictie
3. kritisch kijken en luisteren

• Morgen neem je oortjes met snoertje mee met een puntstekkertje.

ma. 17 mrt. - 4E - 4e uur

• Resultaten SE Kijk- en luistervaardigheid
• Uitleg laatste SE --> leesvaardigheid (oud examen)
• Herhaling uitleg Lezen H1 t/m H4 (leesvaardigheid)
• Oefenen oud examen

Resultaten SE Kijk- en luistervaardigheid

• gemiddelde = 6,0
• hoogste = 7,9
• laagste = 3,7
• aantal onvoldoendes = 8x (van de 18 lln. 1x inhaler)

rdigheid

Laatste SE = tekstbegrip

• Centraal Examen --> 120 min -->   - 3 teksten met vragen

                                                                              - 1 advertentie met vragen

                                                                              - 1 schrijfopdracht

• SE volgende week --> 90 min --> oud examen  -->

       do. 27/3: 11.00-12.30 uur                    - 3 teksten met vragen

                                                                              - 1 advertentie met vragen                               

Lezen H1 t/m H4 WSS

Uitleg Lezen H1

Uitleg tekstdoel

Wat wil de schrijver bereiken met zijn/haar tekst? → doel van een tekst

5 tekstdoelen:

• informeren --> informatie geven / iets uitleggen
• overtuigen --> proberen de lezer de mening van de tekst te laten overnemen
  
• activeren --> proberen de lezer iets te laten doen
• amuseren --> vermaken: fictie

Indeling van een tekst

• inleiding
• middenstuk 
• slot 

Inleiding

In de inleiding van een tekst wordt bijna altijd het onderwerp genoemd. Daarnaast wordt bijvoorbeeld:

• de aanleiding voor het schrijven van de tekst genoemd;
• een voorbeeld bij het onderwerp gegeven;
• een leuk, kort verhaaltje (anekdote) verteld;
• een belangrijke vraag gesteld;
• een mening of standpunt (over het onderwerp) gegeven;
• de hoofdgedachte van de tekst genoemd;
• een deskundige over het onderwerp geïntroduceerd;
• iets over de opbouw van de tekst verteld;
• een korte samenvatting van de tekst gegeven.

Middenstuk

In het middenstuk van een tekst worden verschillende zaken behandeld die met het onderwerp te maken hebben. Dat zijn de deelonderwerpen.

Slot

In het slot van een tekst wordt bijvoorbeeld:

• de hoofdgedachte van de tekst genoemd;
• een advies gegeven;
• een conclusie getrokken;
• een korte samenvatting van de tekst gegeven;
• een toekomstverwachting genoemd;
• een vraag uit de inleiding beantwoord.

Vragen over de indeling

1. Uit welke drie delen bestaat een tekst?
2. Waar vind je de belangrijkste informatie van een tekst?
3. Wat is de hoofdgedachte van een tekst?
4. Waar vind je de hoofdgedachte van een tekst?

Uitleg lezen H2

Tekstverbanden & signaalwoorden

Tekstverbanden & signaalwoorden

Tekstverbanden & signaalwoorden

Vragen over kernzin, signaalwoord en tekstverband

1. Wat is een kernzin?
2. Waar vind je de kernzin?
3. Wat staat er vóór of na de kernzin?
4. Wat zijn signaalwoorden?
5. Wat zijn tekstverbanden?

Uitleg Lezen H3

Feiten, meningen, argumenten

Feit

• Een feit:
• - is een uitspraak over iets wat waar of onwaar is;
• - kun je controleren. 
• Bijvoorbeeld:
  
• – Bij handbal is het rechthoekige speelveld 40 meter lang en 20 meter breed.
  
• – Bij handbal mag je een speler met je schouder opzijduwen.
  
• Voorbeeld 1 is een voorbeeld van een waar feit; 
• Voorbeeld 2 is een voorbeeld van een onwaar feit. 
• Je kunt de feiten controleren door de spelregels over handbal te lezen.

Mening

• Een mening of standpunt: 
• is iets wat iemand vindt. 
• Met een mening:
• kun je het eens of oneens zijn. 
• Bijvoorbeeld:
  
• – Handbal is een vermoeiende sport.
  
• Een mening herken je vaak aan (signaal)woorden als Ik vind …, Volgens ons …

Argument

• Met een argument:
• legt iemand uit waaróm hij een bepaalde mening heeft.
  
• Bijvoorbeeld:
  
• – Ik vind handbal een vermoeiende sport (mening), want je moet minstens drie sets lang springen en heen en weer rennen (argument).
  
• Een argument herken je vaak aan signaalwoorden als:
• omdat, want, namelijk, immers, aangezien

Uitleg Lezen H4

Leesdoelen en leesstrategieën

Je hebt geleerd om op verschillende manieren te lezen, dat zijn de leesstrategieën. Welke strategie je kiest, hangt af van je leesdoel. Bepaal je leesdoel en kies daarna de juiste strategie.

wo. 19 mrt. - 4E - 4e uur

• Bespreken tekst 1 en 3 van de oefen-SE
• Quizlet signaalwoorden
• Oefenen examen 2019

Bespreken tekst 1 en 3 oefen-SE

Quizlet signaalwoorden

Oefenen examen 2019

• Lees tekst 1.
• Markeer de kernzin van elke alinea.
• Omcirkel de signaalwoorden.
• Geef aan waar de inleiding stopt.
• Geef aan waar het slot begint. 

Oefenen examen 2019

• Lees tekst 1
• Markeer de kernzinnen
• Omcirkel de signaalwoorden
• Geef aan waar de inleiding stopt.
• Geef aan waar het slot begint. 
• Maak vraag 1 t/m 11

wo. 21 mrt. - 4E - 4e uur

• Bespreken vraag 1 t/m 11, tekst 1, examen 2019
• Quizlet signaalwoorden
• Verder werken aan examen 2019

Quizlet signaalwoorden

Oefenen examen 2019

• Lees tekst 3
• Maak vraag 13 t/m 15

di. 1 apr. - 4E - 2e uur

• Nog bezig met nakijken
• Hoe is het SE gegaan voor je gevoel?
• Oefenen met schrijfopdracht

Hoe is het SE gegaan?

• Wat vond je moeilijk?
• Wat vond je makkelijk?
• Wat was er anders dan je verwacht had?
• Hoe zou je je verder goed kunnen voorbereiden? 

Wat ontbrak er in het SE, 

maar zit straks wel in het CE?

De schrijfopdracht

• Bekijk de uitgedeelde schrijfopdracht.
• Wat is er anders dan bij de schrijfopdracht van SE2?
• Hoe zou je deze schrijfopdracht aanpakken? 

  Welke schrijfopdrachten kun je treffen in het CE?

             

• een zakelijke brief of e-mail --> een brief waarin je op een zakelijke manier schrijft aan mensen, instanties en bedrijven
• een persoonlijke brief of e-mail --> een brief aan iemand met wie je een persoonlijke band hebt
• een artikel --> tekst voor een tijdschrift, krant of website
• een ingezonden stuk --> een artikel waarin je commentaar geeft
• een formulier --> lege plekken waar je iets in kunt vullen

 

Uitleg artikel

In een informatief artikel geef je de lezer informatie over een bepaald onderwerp.

Uitleg artikel - inleiding

Zo schrijf je een artikel:

In de inleiding noem je het onderwerp van het artikel. Daarnaast kun je: 

• de aanleiding vertellen (waarom je over het onderwerp schrijft).
• een voorbeeld geven van het onderwerp.
  
• een kort, grappig verhaaltje (anekdote) vertellen over het onderwerp.
  
• een vraag of vragen stellen die je in de tekst gaat beantwoorden.
  

Uitleg artikel - middenstuk

In het middenstuk schrijf je over elk deelonderwerp één alinea. 

• Schrijf de belangrijkste informatie over het deelonderwerp in de eerste zin. 
• Ga op dezelfde regel verder en geef in de rest van de alinea voorbeelden of uitleg bij het deelonderwerp.
  
• Je tekst wordt duidelijker als je in de eerste zin van een alinea een signaalwoord gebruikt, zoals: ook, ten tweede, bovendien.

Uitleg artikel - slot

In het slot kun je:

• de deelonderwerpen samenvatten.
  
• vertellen wat er in de toekomst waarschijnlijk nog gaat gebeuren (toekomstverwachting).
  
• een conclusie trekken.
  
• een advies geven.
  
• een antwoord geven op de vraag/vragen die je in de inleiding hebt gesteld.
  

Je kunt in het slot een signaalwoord gebruiken, zoals dus, kortom, dat betekent.

Maak de uitgedeelde schrijfopdracht

wo. 2 apr. - 4E - 4e uur

• Resultaten SE3
• Oefenen met schrijfopdracht

Resultaten SE3

• gemiddelde= 5,9
• hoogste = 7,9
• laagste = 4,1
• aantal onvoldoendes = 5x (v.d. 18 lln, 1 inhaler)

--> Bespreken doen we volgende week!

Oefenen schrijfopdracht

1. Lees de situatieschets p. 10 nogmaals.
2. Verwerk alle items uit de opdr. (liggende streepjes) p. 11.
3. Zorg voor een logische alinea-indeling: inl. - mid. - slt.
4. Lees het na op taalfouten en tel de woorden.

wo. 9 apr. - 4E - 4e uur

• Resultaten SE3
• SE bespreken en oefenen/maken

Resultaten SE3

• gemiddelde= 5,9
• hoogste = 7,9
• laagste = 4,1
• aantal onvoldoendes = 6x 

SE bespreken

• Tel het aantal punten op en kijk of het totaal aantal klopt.
• Kijk of je cijfer klopt n.a.v. het totaal aantal punten.
• Blader je antwoorden door en kijk wat je fout gedaan hebt.
• Vervolgens gaan we het examen in delen opnieuw maken. 

vr. 11 apr. - 4E - 4e uur

• SE-cijfers herzien
• Herkansingen inzien
• Opnieuw oefenen met SE3 / schrijfopdracht afmaken
• Quizlet tekstverbanden en signaalwoorden

SE-cijfers herzien

• Iedereen die bij 24 het antwoord B heeft ingevuld, heeft er een punt bij gekregen. 
• Dit zorgt voor 0,2 en soms voor 0,3 ophoging. 

Herkansingen inzien

• Nagely
• Saidy
• Madelief
• Rehaan 

Zelfstandig werken

Keuze uit:

• SE3 deels opnieuw maken
• schrijfopdracht afmaken

Quizlet signaalwoorden