2m - les 4 - 6.1 Licht en schaduw

• Natuurkunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Op tafel:

geodriehoek, lineaal

potlood & pen

Boek A

Laptop 

In de tas en uit:

Jas

Oortjes en telefoon

              Startklaar

• Op je plek zitten  
• Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
• Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 

1. Startklaar

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.

Vandaag:

- Nakijken 5.3

- Theorie en werken aan 6.1

Reken om:
10 m/s = ..... km/h
72 km/h = ..... m/s
18 km = ..... m
120 mA = .... A

Wanneer zie je een regenboog?

Geeft de maan licht?

Ze de kleuren van de regenboog op volgorde:

Rood

Oranje

Geel

Groen

Blauw

Violet

Leerdoel

• Je kunt uitleggen wat natuurlijke en kunstmatige lichtbronnen zijn.
  
  
• Je kunt met een tekening laten zien hoe licht beweegt en hoe schaduw (kern en halfschaduw) ontstaat.
  
  
• Je  kunt uitleggen hoe we dingen kunnen zien die zelf geen licht geven.

Lichtbronnen

Een voorwerp dat zelf licht geeft, noem je een lichtbron. 

De zon en de sterren zijn natuurlijke lichtbronnen. 

Kaarsen, lampen en smartboard zijn kunstmatige 

lichtbronnen.

Kunstmatige lichtbronnen zijn door de mens gemaakt.

Lichtstralen

• Een lichtbron zendt zelf lichtstralen uit
  
  
• Straling komt altijd uit een bron en
   verspreid zich in alle richtingen
  
  
• Lichtstralen bewegen in rechte lijnen
  
  
• Je ziet de lamp als een deel van het licht in je ogen valt.

Diffuse terugkaatsing

Als een lichtstraal op een voorwerp valt, wordt deze diffuus teruggekaatst (in alle richtingen)

Voorwerpen zien

Je ziet de voetbal als een deel van het teruggekaatste licht in je ogen valt.

Schaduw

Schaduw is de plek waar geen licht komt

Hoe teken je de schaduw:

• Teken de randstralen
• Kleur het gebied tussen de randstralen in

Kern- en halfschaduw

Bij meerdere lichtbronnen ontstaan

meerdere schaduwen.

Bij de kernschaduw komt uit beide

 lichtbronnen geen licht.

Bij de halfschaduw komt uit één van de

lichtbronnen licht.

Kern- en halfschaduw

De voetbal geeft geen licht. 

Toch kan het meisje de bal zien. 

Zet de zinnen in de juiste volgorde:

De lichtstralen van de bal komen in de ogen van het meisje

De lamp straalt licht naar de bal

De voetbal weerkaatst de lichtstralen in alle richtingen

Het meisje ziet nu de bal

Zijn dit wel of geen lichtbronnen? Sleep naar het juiste vak:

Lichtbronnen

Geen lichtbronnen

Dynamo

Schakelaar

Maan

Stopcontact

Kaars

Tv-scherm

Lamp

Zon

Spiegel

Aan de slag

Maak van 6.1 opgave 1 t/m 14 van blz 73 en verder (boek B)