overhoring
de vakantie
1 / 29
Items in this lesson
de vakantie
Slide 1 - Open question
hij is
Slide 2 - Open question
ik zoek
Slide 3 - Open question
voila
Slide 4 - Open question
ik spreek
Slide 5 - Open question
dus
Slide 6 - Open question
geen dank
Slide 7 - Open question
avoir = hebben
Slide 8 - Mind map
de ouders
Slide 9 - Open question
er is/er zijn
Slide 10 - Open question
geweldig
Slide 11 - Open question
alstublieft (iets vragen)
Slide 12 - Open question
j'aime
Slide 13 - Open question
ik heb liever
Slide 14 - Open question
altijd
Slide 15 - Open question
Het gaat goed. En met jou?
Slide 16 - Open question
elle déteste
Slide 17 - Open question
gevaarlijk
Slide 18 - Open question
Hoe oud is hij?
Slide 19 - Open question
nummers 2-4-6-8-10-12-14-16-18
Slide 20 - Mind map
pourquoi
Slide 21 - Open question
iets
Slide 22 - Open question
Waar woon jij?
Slide 23 - Open question
Wat is jouw telefoonnummer?
Slide 24 - Open question
de vriend
Slide 25 - Open question
de meisjes
Slide 26 - Open question
persoonlijk voornaamwoord en avoir
Slide 27 - Mind map
alle dagen van de week
Slide 28 - Open question
het huiswerk
