palliatieve zorg gehandicaptenzorg

Hoe gaat het?
1 / 31
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Hoe gaat het?

Slide 1 - Slide

terugkoppeling verdiepingsvragen ouder wordende mens met een verstandelijke beperking
Waar ligt het verschil/nadruk op van zorg de niet en wel dementerende cliënt? 
hoeveel worden deze methodieken ook in de praktijk gebruikt?
Wat doet snoezelmateriaal met het geheugen bij dementie bij mensen met een verstandelijke beperking?
Hoe ga je na welke methodiek bruikbaar is voor een specifiek persoon? 
Laat je een cliënt die gaat dementeren tot het einde in de woongroep waar deze persoon al woont of zet je alle cliënten die gaan dementeren bij elkaar in een (of meerdere) woongroep(en)? 
 

Slide 2 - Slide

informatie over dementie bij GHZ
https://www.kennispleingehandicaptensector.nl/oudere-clienten/samenwerkingsverband-dementie
https://www.kennispleingehandicaptensector.nl/gehandicaptensector/media/documents/2202SOBB_11_Boek-Herken-jij-dementie_totaal.pdf
https://www.kennispleingehandicaptensector.nl/clientgroepen/ouder-wordende-clienten/(h)erken-jij-dementie/herkennen-dementie-praktische-tools/signaleringsladder-dementie

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Wat is voor jou belangrijk
rondom dood en doodgaan?

Slide 5 - Mind map

Wat versta je onder palliatieve zorg

Slide 6 - Mind map

Slide 7 - Slide

Palliatieve zorg
Palliatieve zorg is zorg voor mensen met een beperkte levensverwachting. In Nederland wordt palliatieve zorg gestart wanneer men niet verbaasd zou zijn als een persoon binnen een jaar overleden zou zijn. De zorg is gericht op kwaliteit van leven, zowel voor de persoon als voor zijn of haar familie.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Wat is er speciaal aan palliatieve zorg bij een verstandelijke beperking?
Palliatieve zorg voor mensen met een verstandelijke beperking is minder goed ontwikkeld dan de palliatieve zorg in de algemene bevolking. Veel kennis uit de palliatieve zorg voor mensen uit de algemene populatie is niet of niet geheel van toepassing op mensen met een verstandelijke beperking. 

Slide 10 - Slide

vervolg
De beperkte levensverwachting kan komen door een ongeneeslijke ziekte (bijvoorbeeld vergevorderde kanker of hartziekte) of door ouderdom. De zorg richt zich op lichamelijk, psychologisch, sociaal en spiritueel welzijn. Palliatieve zorg ondersteunt mensen met een beperkte levensverwachting in het leven van hun eigen leven tot aan het overlijden. Er is ook ondersteuning voor naaste, zowel vóór als na overlijden.

Slide 11 - Slide

Een aantal verschillen:

Mensen met een verstandelijke beperking hebben vaak een stapeling van aandoeningen, waardoor ze ‘lijken’ op mensen uit de algemene bevolking die veel ouder zijn. O.a. slikproblemen, epilepsie, zintuigstoornissen, slaapproblemen, problemen aan het bewegingsapparaat en mobiliteitsverlies komen vaker voor.
 


Er zijn sterke vermoedens dat mensen met een verstandelijke beperking vaak afwijkend reageren op bepaalde medicatie ten opzichte van mensen in de algemene bevolking. Voor slaap- en pijnmedicatie zijn er bijvoorbeeld vaak andere doseringen nodig.

Slide 12 - Slide

vervolg
Mensen met een verstandelijke beperking kunnen vaak niet zodanig communiceren dat ze gemakkelijk door anderen begrepen worden. Hierdoor is het vaststellen van het begin van de palliatieve zorgfase, het bepalen van zorgbehoeften en wensen, en ook het effect van behandelingen vaak bijzonder moeilijk.

Slide 13 - Slide

vervolg
Het betrekken van mensen met een verstandelijke beperking bij belangrijke beslissingen in de zorg en/of het bespreken van wensen vraagt om specifieke vaardigheden van formele en informele zorgers. Methoden om het normale leven en/of het kenmerkend gedrag van een persoon met een verstandelijke beperking in kaart te brengen zijn nog maar weinig ontwikkeld.

Slide 14 - Slide

vervolg
Zeker oudere mensen met een verstandelijke beperking hebben vaak een minder goed ontwikkeld informeel netwerk dan mensen in de algemene bevolking. Goede signalering en ondersteuning vanuit het informele netwerk zijn daardoor minder vanzelfsprekend.
 

Slide 15 - Slide

vervolg
Er zijn sterke vermoedens dat mensen met een verstandelijke beperking vaak afwijkend reageren op bepaalde medicatie ten opzichte van mensen in de algemene bevolking. Voor slaap- en pijnmedicatie zijn er bijvoorbeeld vaak andere doseringen nodig.

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Link

Slide 20 - Link

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

soorten sterfstijlen
de sociale sterfstijl

Slide 24 - Slide

de onbevangen sterfstijl

Slide 25 - Slide

de rationele sterfstijl

Slide 26 - Slide

de vertrouwende sterfstijl

Slide 27 - Slide

de proactieve sterfstijl

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Video

tip en top

Slide 30 - Slide

huiswerk zie its learning

Slide 31 - Slide