This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 120 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Stimulus respons - conditionering
Slide 2 - Slide
Programma
0. terugblik
1. Effectieve leerpraktijk
2. Leerpsychologie (interactief college)
3. Groepsdynamica (zelfstandig)
4 . Afronding
Slide 3 - Slide
Wat is leren voor jou?
Slide 4 - Mind map
Leren leidt tot:
A
een relatief duurzame gedragsverandering
B
het maken en behouden van zenuwverbindingen
C
het verkrijgen van nieuwe opvattingen
D
Niet altijd tot iets leren
Slide 5 - Quiz
Volgens het Behaviorisme, komt gedrag komt voort uit interne & externe prikkels
A
Waar
B
Niet waar
Slide 6 - Quiz
Is deze metafoor terecht?
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Leertheorie
Wat zeggen leertheorieen over de wijze waarop mensen leren?
Slide 9 - Slide
Soorten leren
cognitief leren
Sociaal affectief leren
Psycho-motorisch leren
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Behaviorisme
Slide 12 - Slide
In het cognitivistisch tijdperk
Leren is het tot stand brengen van mentale processen door middel van selecteren, opnemen, verwerken, integreren, vastleggen, gebruiken van en het betekenis geven aan verschillende vormen van informatie (ervaringen, gebeurtenissen, en verschijnselen in de werkelijkheid), die leiden tot duurzame verandering in kennis, vaardigheden houdingen, motieven en / of het vermogen om te leren.
Slide 13 - Slide
..........................benadrukt dat bij leren en ontwikkeling een evenwicht tussen aanpassen aan de bestaande cognitieve structuur (ASSIMILATIE) en verandering van de structuur zelf (ACCOMMODATIE) van belang is.
A
Gal Perin
B
Piaget
C
Vygotsky
D
Pavlov
Slide 14 - Quiz
In het neurowetenschappelijke tijdperk (nu)
Leren is het vormen, versterken en uitbreiden van neurale netwerken, die bestaan uit groepen neuronen met een specifieke functie, zoals het herkennen van gezichten, terwijl ongebruikte verbindingen na verloop van tijd opgeruimd worden.
Slide 15 - Slide
Wat is jouw kritiek op de laatste definitie (als je enkel deze definitie zou hebben)?
Slide 16 - Open question
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
https:
Slide 19 - Link
Slide 20 - Slide
Assimilatie is het proces waarmee bestaande kennis en vaardigheden worden gebruikt in nieuwe situaties.
Accommodatie is. Accommodatie is het proces van aanpassing van bestaande vaardigheden of kennis om met een nieuwe situatie om te kunnen gaan. Bij assimilatie is sprake van aanpassing van het denkschema, terwijl bij accommodatie sprake is van uitbreiding van het denkschema.
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Video
Zone van naaste ontwikkeling
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Slide
Hoe toepassen van leertheorie in je onderwijs?
Slide 28 - Mind map
vanuit de leertheorie
Slide 29 - Slide
En de ontwikkeling gaat door:
Slide 30 - Slide
Hoe kijk je didactisch naar het geleerde in je eigen lessen?
Slide 31 - Slide
Wat stelt de handelingstheorie van Gal Perin eigenlijk?
A
Onderwijs moet je opdelen in stappen
B
Onderwijs moet van concreet naar abstract
C
Onderwijs moet betekenisvol zijn
D
Van materiële handeling naar verbale naar , mentale handeling
Slide 32 - Quiz
Lees de tekst over groepsdynamica in tweetallen
20 minuten. Frank noemt tijd terug.
Verzamel samen de antwoorden op de volgende vragen:
1) Wat betekent groepsdynamica in een klas?
2) Wat zijn de kenmerken van een positieve en negatieve groep?
3) Wat is de rol van de docent
4) Wat is de norming en vorming fase omdraaien? Waarom?
5) Benoem 4 tips voor het verkrijgen van een positieve groep!
Slide 33 - Slide
Leerstijlopvatting van Vermunt
Neem tekst 2.3.2 door en tabel 2.8
Wat stellen de schrijvers over de leerorientaties en concepties van jonge leerlingen in het VO?
Waar sta je zelf als je vanuit vakken kijkt die je volgt?
Het ene vak volg je: diepgaand, het ander stapsgewijs?
Welke kritiek krijgt Vermunt?
Slide 34 - Slide
Opdracht volgende week
Frank licht toe en stuurt opdracht per mail.
Tot volgende week in levende lijve!
Slide 35 - Slide
Opdracht volgende week
Hoofdstuk of thema kiezen uit Tienerbrein (J. Jolles)
Opbouw:
- waarom dit onderwerp? Wat heb je ermee?
- theoretisch kader: de essentie van het hoofdstuk
- persoonlijke verwerking: jouw toevoeging
- waarom relevant voor het onderwijs? Wat kunnen wij als docenten hiermee, wat is de boodschap?