H5 Bewegen

H5 - BEWEGEN
1 / 48
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 48 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

H5 - BEWEGEN

Slide 1 - Slide

PLANNING
  • Demo snelheid & beweging
  • Uitleg §5.1
  • Grafiek tekenen
  • Maken §5.1

Slide 2 - Slide

LEERDOELEN
Deze les leer je...
  • ...hoe je bewegingen kan vastleggen
  • ...wat een afstand-tijdtabel is
  • ...hoe je een afstand-tijddiagram kan tekenen

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Vastleggen van snelle bewegingen
  1. Fotograferen
  2. Filmen
  3. Stroboscopische foto
  4. Tijdtikker

Slide 5 - Slide

Fotograferen

Slide 6 - Slide

Filmen

Slide 7 - Slide

Stroboscopische foto

Slide 8 - Slide

Stroboscopische foto
  • Verduisterde ruimte
  • Stroboscooplamp
  • Regelmatige tussenpozen een lichtflits
  • Momentopname
  • Alles op 1 foto

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Video / stroboscopische foto
  • Video:
  • 30 beelden/s
  • T = 1 / 30 = 0,033 s

  • Stroboscopische lamp:
  • 50 Hz
  • T = 1/50 = 0,02 s

Slide 11 - Slide

Tabel en diagram maken

Slide 12 - Slide

Afstand tijd tabel

Slide 13 - Slide

Afstand tijd diagram


Slide 14 - Slide

Hoe teken je een grafiek
  1. Altijd in potlood en met een geodriehoek.
  2. X-as = horizontaal
  3. Y-as = verticaal
  4. Logische getallenverdeling op beide assen.
  5. Assen benoemen: grootheid en eenheid!
  6. Plaats stipjes per meetpunt.
  7. Trek een vloeiende lijn door of langs de meetpunten.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Video

Leerdoelen gehaald?
Maak de volgende vragen.

Slide 18 - Slide

Je kunt de beweging van een voorwerp op twee manieren vastleggen: met een foto en met een film. Hoe noem je een foto die eigenlijk bestaat uit meerdere foto's over elkaar heen?
A
video-meting
B
flits-foto
C
stroboscopische foto
D
video-foto

Slide 19 - Quiz

Je ziet twee foto's.
Welke van deze twee is (of
zijn) een stroboscopische foto?
A
alleen links
B
alleen rechts
C
zowel links als rechts
D
geen van beide

Slide 20 - Quiz

Van een stuiterende bal is een
stroboscopische foto gemaakt.
Waar is de beweging van de
bal het snelst?
A
bij A
B
bij B
C
precies tussen A en B in
D
overal even snel

Slide 21 - Quiz

Van een stuiterende bal is een
stroboscopische foto gemaakt.
Welke bewering over verplaatsing
en afgelegde weg is juist?
A
de verplaatsing is groter dan de afgelegde weg
B
de afgelegde weg is groter dan de verplaatsing
C
de verplaatsing en de afgelegde weg zijn aan elkaar gelijk
D
al deze bewering zijn niet juist

Slide 22 - Quiz

Van een stuiterende bal is een
stroboscopische foto gemaakt.
De tijdsduur tussen twee flitsen is
0,02 s. Hoeveel tijd is verstreken
tussen punt A en punt B?
A
0,32 s
B
0,30 s
C
0,28 s
D
dat kun je met deze gegevens niet berekenen

Slide 23 - Quiz

Je ziet een (x.t)-diagram. Lees af hoeveel tijd er nodig was om een afstand van 30 m af te leggen.
A
4,0 s
B
5,0 s
C
30 s
D
5,5 s

Slide 24 - Quiz

Je ziet een (x.t)-diagram. Lees af welk afstand er is afgelegd na 8 seconde.
A
70 m
B
80 m
C
90 s
D
80 s

Slide 25 - Quiz

Je ziet een (x.t)-diagram. Hoeveel tijd was er nodig om van een afstand van 60 m naar een afstand van 100 m te gaan?
A
7 s
B
9 s
C
2 s
D
40 m

Slide 26 - Quiz

Nu zelf aan het werk
Maak de vragen van paragraaf 5.1 van de methodesite

Slide 27 - Slide

H5 - BEWEGEN

Slide 28 - Slide

Voorbeeld 1
Een atlete loopt de 100 meter in 10,8 seconde.
Bereken haar gemiddelde snelheid.

Slide 29 - Slide

Voorbeeld 2
Johan fietst met een (gemiddelde) snelheid van 5,5 m/s.
Hoeveel km/h is dat?

Slide 30 - Slide

Voorbeeld 3
Tom rijdt een flinke afstand op zijn racefiets. Na drieëenhalf uur fietsen is zijn gemiddelde snelheid 28 km/h is.
Welke afstand heeft Tom in die tijd afgelegd?

Slide 31 - Slide

Gemiddelde snelheid
Vgem=ts

Slide 32 - Slide

Versnelde beweging:
afstand tussen de momenten wordt steeds groter.

Slide 33 - Slide

Eenparige beweging:
afstand tussen de momenten is overal gelijk.

Slide 34 - Slide

Vertraagde beweging

Slide 35 - Slide

Vastleggen van snelle bewegingen
  1. Fotograferen
  2. Filmen
  3. Stroboscopische foto
  4. Tijdtikker

Slide 36 - Slide

Welke soort beweging en hoe kun je dat aan de grafiek zien?

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Video

Slide 39 - Slide

Eenparige: a = 0

Slide 40 - Slide

Versneld: a = positief

Slide 41 - Slide

Vertraagd: a = negatief

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Video

STOPAFSTAND

Slide 44 - Slide

STOPAFSTAND

Slide 45 - Slide

Reactie afstand
Afhankelijk van de bestuurder. 
Reactietijd: 0,7-1,0 s
• Niet opletten 
• Vermoeidheid 
• Alcohol 
• Drugs 
• Medicijnen

Slide 46 - Slide

REMWEG

Slide 47 - Slide

Slide 48 - Slide