10.3 Enzymen

10.3 Enzymen
1 / 23
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

10.3 Enzymen

Slide 1 - Slide

Na vandaag:
- Weet je hoe enzymen grote moleculen afbreken
- Weet je welke enzymen er betrokken zijn bij de vertering van koolhydraten, eiwitten en vetten
- Weet je hoe je aan de slag moet het met het enzympracticum

Slide 2 - Slide

 Enzymen
Enzymen zijn katalysatoren die een reactie versnellen. Hierdoor is een reactie mogelijk bij veel lagere temperatuur (37oC)

De activeringsenergie gaat omlaag: er is minder energie nodig om de reactie te laten verlopen.

Slide 3 - Slide

invloed enzym op activeringsenergie

Slide 4 - Slide

Substraat specifiek

Sleutel/slot principe

Elk enzym kan maar 1 soort reactie versnellen

Enzymen worden niet opgebruikt



Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Opbouw/afbraak van moleculen

  • Dissimilatie: afbraak of splitsing van moleculen
Hydrolyse: dissimilatie waar water voor nodig is
  • Assimilatie: opbouw van moleculen
Condensatie: assimilatie waar water bij afsplitst

Slide 7 - Slide

Een enzym is een eiwit






  • Denaturatie

Slide 8 - Slide

Optimum temperatuur

Slide 9 - Slide

Optimum PH
reactieversnellers van stofwisselingsreacties
gereedschappen van de cel
bij lichaamstemperatuur is het te koud om in een cel normaal gesproken reacties te laten plaatsvinden
reactiespecifiek
herbruikbaar
substraatspecifiek
substraat = stof die wordt bewerkt


Slide 10 - Slide

zuurgraad in het maagdarm kanaal

Slide 11 - Slide

Vertering van koolhydraten
mondholte : amylase
polysaccharide wordt disaccharide
12-vingerige darm (alvleessap): amylase
dunne darmwand: maltase & fructase
disaccharide wordt monosaccharide
 opname dunne darm

Slide 12 - Slide

Vertering van eiwitten 
maag: peptase
eiwitten -> polypeptide en oligopeptide (enkele az lang)
alvleesklier: tryptase en chymotryptase
(trypsinogeen en chymotrypsinogeen)
maken kleinere peptides
dunne darm sap: peptidase
peptides -> aminozuren

endopeptidase (middenin) en exopeptidase (eind)

Slide 13 - Slide

Vertering van DNA en RNA



alvlees sap: nuclease
losse nucleotiden



Slide 14 - Slide

Binas
82 E
82 F
82 G
Bestudeer deze 3 binas bladzijde goed.

Begrijp je alle termen die gebruikt worden?

Begrijp je de opbouw/info die gegeven wordt?

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Binas 82G

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

gal (lever) = emulgator
lipase (alvleesklier) = enzym

Slide 19 - Slide

Enzympracticum
  • We onderzoeken in drietallen de invloed van temperatuur op de werking van amylase
  • Amylase versnelt de afbraak van zetmeel en komt voor in speeksel
  • Zetmeel toon je aan met Jodium,  kleurt zwart/paars
  • Als de zetmeel is omgezet naar glucose en maltose is deze kleur verdwenen

Slide 20 - Slide

Wat zou je vraagstelling zijn bij dit onderzoek?

Slide 21 - Open question

Wat zou je hypothese zijn bij dit onderzoek?

Slide 22 - Open question

Wat is in dit onderzoek het substraat van amylase en wat is het reactieproduct? Noteer de reactievergelijking in woorden en geef hierbij aan welke rol het enzym speelt.

Slide 23 - Open question