31 maart T1b+B1e Spelling: meervoud -en + bijv. naamwoord

Welkom!
do 31 maart
  • Ga rustig zitten
  • Pak je spullen alvast
       

                          

1 / 36
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom!
do 31 maart
  • Ga rustig zitten
  • Pak je spullen alvast
       

                          

Slide 1 - Slide

Foute zin: dat het niet alleen fout is, maar ook iets heel anders betekent
Afspraken en regels
  1. Mobieltjes zijn in de kast.
  2. Vraag? Steek je vinger op.
  3. Als iemand spreekt, is de rest stil.
  4. Niet lopen tijdens de les.
  5. WC, eten en drinken: in de pauze.

Slide 2 - Slide

Stilstaan bij waarom: 
Andere kinderen kunnen hier ook last van hebben
Hoe meer we in de les kunne doen, hoe minder huiswerk (je zit hier nu toch)
Afspraken en regels
  1. Vraag? Steek je vinger op.
  2. Als iemand spreekt, is de rest stil.
  3. Blijf op je stoel naar voren zitten en kijken.

Slide 3 - Slide

Stilstaan bij waarom: 
Andere kinderen kunnen hier ook last van hebben
Hoe meer we in de les kunne doen, hoe minder huiswerk (je zit hier nu toch)
 Wat gaan we doen?

  • Spelling: meervouden op -en
  • Huiswerk + oefenen (quiz)
  • Spelling: bijvoeglijke naamwoorden
  • Huiswerk +oefenen
  • Afsluiting

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Meervouden op -en
Hoofdstuk 3 pag. 94-95

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk nakijken
Meervouden op -en. 
H3 pag. 94, theorie lezen, opdr. 1

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Meervouden H3 Opdracht 1 (B1e)

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Meervouden H 3 Opdracht 1 (T1b)
2. -en   dagbladen gelukwensen satellieten stoomwalsen 
3. verdubbelen   bergpassen luchtballonnen ogenblikken 
4.  weglaten  achterneven klaprozen korenschoven         mengpanelen  vreugdevuren zeilboten
5. veranderen achterneven geluidsgolven klaprozen   korenschoven landsgrenzen 
6. weglaten + veranderen achterneven klaprozen korenschoven

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Meervouden op -en
Dus wat heb je gedaan?
  • verdubbelen medeklinkers
  • weglaten a, e, o, u
  • veranderen f-v, s-z

Maarrrr....

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Meervouden na -ee en -ie
Na -ee > -ën     idee > ideeën

Na -ie met klemtoon > ieën
theorie > theorieën

Na -ie zonder klemtoon > iën
olie > oliën

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Oefenen meervouden
  • Open Lessonup app of www.lessonup.com
  • Vul je voornaam in
  • Klaar? Telefoon omgekeerd op hoek van je tafel
  • Verder met deel 2 van de les

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Wat is het meervoud van
wolf
A
wolfen
B
wolfën
C
wolven
D
wolves

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het meervoud van
vaas
A
vasen
B
vaassen
C
vaasen
D
vazen

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het meervoud van
trofee
A
trofeën
B
trofeeën
C
trofeen
D
trofeëen

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het meervoud van
twee
A
tweën
B
drie
C
tweeën
D
twees

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het meervoud van
Pygmee
A
Pygmees
B
Pygmeën
C
Pygmeëen
D
Pygmeeën

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het meervoud van
bacterie
A
bacterieën
B
bacterïen
C
bacteriën
D
bacteries

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het meervoud van
provincie
A
provinciën
B
provincieën
C
provinciëen
D
provincies

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het meervoud van
calorie
A
calories
B
caloriën
C
caloriëen
D
calorieën

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Ezelsbruggetje
met klemtoon > met e
(-ieën)
zonder klemtoon > zonder e 
(-iën)

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Bijvoeglijk naamwoorden
Hoofdstuk 5 pag. 154-155

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk nakijken
Bijvoeglijke naamwoorden. 
H5, pag. 154-155, theorie lezen, opdr. 1 maken

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Bijvoeglijk naamwoord H5. opdacht 1 (B1e)
1. anderhalve 
2. centrale 
3 dove 
4. essentiële 
5. peperdure 
6. potentiële 

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Bijvoeglijk naamwoord H5. opdacht 1 (B1e)
7. recente 
8 reukloze 
9. snelle 
10. toffe 
11. voordelige 
12. wijze 

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Bijvoeglijk naamwoord H5. opdacht 1 (T1b)
  1. Engelse  
  2. gortdroge 
  3. grijze 
  4. industriële  
  5. krasse 
  6. moedeloze  


Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Bijvoeglijk naamwoord H5. opdacht 1 (T1b)
7. overvolle  
8. poeslieve  
9. religieuze  
10. rituele  
11. schatrijke  
12. stokdove  

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Bijvoeglijk naamwoord
  • industrieel > industrieele > industriele  > industriële
  • Vergelijk veel > vele
  • Anders dan industrieën (meervoud)

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Oefenen bijvoeglijk naamwoord
  • Maak H 5, opdracht 2 en 3 (p. 155)
  • We werken in stilte
  • Vraag? Steek je vinger op.
  • Eerder klaar? Maak opdracht 4*

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Oefenen bijvoeglijk naamwoord (T1b)
H 5, opdracht 2
1 satijnen, glazen 
2 gouden, zilveren  
3 kunststof, plastic  
4 houten, papieren  
5 nylon, canvas  
6 koperen, bronzen 

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Oefenen bijvoeglijk naamwoord (T1b)
H 5, opdracht 3
1 impulsief 
2 contactuele 
3 gracieuze 
4 misdadige 
5 mysterieuze  
6 principiële  

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Oefenen bijvoeglijk naamwoord (B1e)
H 5, opdracht 2
1 Gisteren heeft Cleo op de rommelmarkt een koperen kandelaar gekocht. 
2 De trend is om je haar met felle kleuren te verven. 
3 Veel jongeren houden van de mysterieuze avonturen van Harry Potter. 
4 Onze oma heeft voor al haar kleinkinderen wollen truien gebreid.  
5 Ouders kopen voor hun kleine kinderen vaak plastic borden om van te eten.  
6 Samen met mijn broertje kijk ik de hele zaterdagmorgen naar tekenfilmpjes.  

 

 

Opdracht 3  

1 impulsief 

2 contactuele 

3 gracieuze 

4 misdadige 

5 mysterieuze  

6 principiële  

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Oefenen bijvoeglijk naamwoord (B1e)
H 5, opdracht 3
1 Voor het huwelijksfeest heeft Margriet een prachtig cadeau gekocht.  
2 Voor het winnen van de prijs moest Nico een moeilijke puzzel oplossen.  
3 Het geven van een bos bloemen is een sympathiek gebaar.  
4 Mijn stokdove tante is erg geholpen met haar nieuwe gehoorapparaat.  
5 Vanwege de regen heeft Dini de hele morgen in natte kleren rondgelopen. 
6 Die gewetenloze oplichter heeft veel geld van oude mensen gestolen.
 

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Oefenen bijvoeglijk naamwoord (B1e)
H 5, opdracht 4
1. houten (geen klinker weglaten)
2. katoen (-en toevoegen)
3. zilveren (-en toevoegen)
4. fris (s verdubbelen)
 

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting
Volgende week dinsdag toets
  • Formuleren hst. 4 t/m 6
  • Spelling overige hst. 1, 3 t/m 6
  • Wie heeft vragen over de toets?



Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Afspraken en regels: hoe gaat het?
  1. Vraag? Steek je vinger op.
  2. Als iemand spreekt, is de rest stil.
  3. Blijf op je stoel naar voren zitten en kijken.

Slide 35 - Slide

Terugkomen op begin van de les, samen bespreken of het goed ging. Bevestigen van de regels.
Einde
  • Ruim je tafel op
  • Pak je spullen in
  • Wacht op je stoel tot de bel gaat
  • Veel succes met de toets!

Slide 36 - Slide

This item has no instructions