This lesson contains 57 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Stuur- en vermogenschakelingen
Slide 1 - Slide
Wanneer jullie hier straks buiten wandelen:
ken je het verschillende tussen een schakelaar en een drukknop;
kan je het verschil uitleggen tussen een stuurkring en een vermogenkring;
kan je de werking van een relais of een contactor beschrijven;
pas je de klemnummering correct toe bij het interpreteren en tekenen van elektrische schema's;
kan je volgende elektrische schema's lezen en interpreteren:
een start-stop-schakeling met start of stop als voorrang
een volgordeschakeling
LESDOELEN
Slide 2 - Slide
Waar heb je thuis of op school een drukknop gebruikt?
Slide 3 - Mind map
Een drukknop blijft in dezelfde stand staan, net zoals een schakelaar?
A
Juist
B
Fout
Slide 4 - Quiz
"Stel je voor: je bent 's nachts alleen thuis. Plots hoor je een piep... Het alarm gaat af. Wat denk je dat er net gebeurde in de schakeling van dat alarm?"
Uit de huishoudelijke installaties kennen we de schakelaar om lichtpunten in een kamer te bedienen. Die schakelaars zijn éénpolig, tweepolig of hebben wisselcontacten.
Ze hebben 2 standen - AAN/UIT of OP/AF.
We noemen dit bistabiele schakelaars.
Enkelpolig
Tweepolig
Wisselcontact
Slide 10 - Slide
Schakelaars en drukknoppen
Het wordt ingewikkelder wanneer we in een trappengang (van een appartement) met meerdere verdiepingen het licht willen aanschakelen. Hiervoor gebruiken we een drukknop die met een trappenhuisautomaat de lampen aanschakelt.
De drukknop is een schakelaar die uitgerust is met een veer die de knop steeds terug in de rustpositie drukt.
We spreken dan van een monostabiele schakelaar.
Drukschakelaar met automatische terugkeer
Slide 11 - Slide
Schakelaars en drukknoppen
Met de drukknop geven we een impuls aan de trappenhuisautomaat. Een inwendig mechanisch of elektronisch systeem schakelt het licht aan. Na een instelbare tijd zal het licht automatisch uitschakelen. De nieuwere trappenhuisautomaten zullen zelfs het einde van de lichttijd aankondigen door het knipperen van het licht.
Trappenhuisautomaat
Slide 12 - Slide
Leg in je eigen woorden uit wat het verschil is tussen een schakelaar en een drukknop.
Waarvoor dient een stuurkring en een vermogenkring denk je?
Slide 15 - Mind map
Stuurkring- en vermogenkring
De schakeling met de trappenhuisautomaat lijkt op wat we "automatiseren" noemen. Dit betekent: een systeem zo maken dat ze vanzelf werkt, zonder of met zo weinig mogelijk hulp van mensen. Een relaisschakeling biedt hiervoor een oplossing. De schakeling kunnen we indelen in een:
stuurkring: dit is het deel waarmee je de schakeling bedient (zoals op een knop drukken)
vermogenkring: dit is het deel dat de stroom levert om iets te laten werken (zoals een lamp doen branden)
stuurkring
vermogenkring
bediening met drukknop. Veilige, lage spanning (bv. 24 V AC of DC)
Een tijdrelais is een speciaal soort relais dat iets met vertraging aan- of uitschakelt. Het werkt net zoals een gewoon relais, maar er zit een ingebouwde timer in.
Hoe werkt het?
Je stelt op het tijdrelais een tijd in (bijvoorbeeld 5 seconden).
Als de spoel spanning krijgt, wacht het relais die 5 seconden en schakelt dan pas.
Of omgekeerd: het relais schakelt meteen in, maar verbreekt pas na 5 seconden de stroom.
Slide 32 - Slide
Speciale elektromagnetische schakelaars
Tijdrelais
Twee soorten werking:
Aanschakelvertraging (on-delay)
➤ De stroomkring schakelt pas na een tijdje in.
Uitschakelvertraging (off-delay)
➤ De stroomkring schakelt onmiddellijk in, maar gaat pas later uit.
Voorbeeld uit de praktijk:
Een ventilator in een badkamer die pas een tijdje na het licht uitschakelt, werkt met een tijdrelais met uitschakelvertraging.
Een machine die pas begint te draaien enkele seconden na het indrukken van een knop, gebruikt een tijdrelais met aanschakelvertraging.
De kring werkt meestal op een lage spanning (12 V, 24 V, 230V). In dit voorbeeld betreft het een gelijkspanningsbron U die tussen de draden + en - is aangesloten.
Stel dat we contacten van drukknop S1 en S2 indrukken.
Enkel als we drukknop 1 én 2 samen indrukken zal er een stroom kunnen vloeien naar het relais.
Aan de voorwaarde ÉN S1 ÉN S2 moet voldaan zijn, om het relais (K1) te laten aantrekken (bekrachtigen).
Stuurkring
Slide 37 - Slide
De stuurkring
Enkele opmerkingen:
alle drukknoppen (en schakelaars) schakelen van links (ruststand) naar rechts (werkstand);
alle drukknoppen (en schakelaars) worden in rust getekend.
De elementen worden zoveel mogelijk op 1 lijn getekend, onder of naast mekaar. Er worden geen schuine lijnen gebruikt.
Stuurkring
Slide 38 - Slide
De stuurkring
Enkele opmerkingen:
Stop-drukknoppen worden eerst geplaatst, dankomen de startdrukknoppen;
Stop-drukknoppen zullen altijd met een NC-contact uitgerust zijn
Slide 39 - Slide
De stuurkring
Wanneer we drukknop S4 indrukken, en de stopdrukknop niet wordt ingedrukt, zal relais K2 bekrachtigd worden. Waardoor het NO hulpcontact van K2 sluit en de lamp H2 zal branden.
Maar, laten we drukknop S4 terug los, zal de lamp H2 doven!
Om ervoor te zorgen dat de lamp H2 blijft branden nadat we drukknop S4 hebben losgelaten, moeten we een overnamecontact voorzien over de drukknop.
De hoofdcontacten bij contactoren merk je met 1 cijfer. Elk contact begint met een oneven cijfer, gevolgd door een even cijfer. De oneven cijfers worden steeds verbonden met het net, de even cijfersmet de verbruiker.
Oneven cijfers aan het net
Even cijfers aan de kant van de verbruiker
Slide 45 - Slide
Klemnummering
De hulpcontacten van een contactoren of relais merk je met 2 cijfers.
Het FUNCTIECIJFER geeft de functie van het contact aan. Je schrijft dit op de plaats van de eenheden
Het VOLGORDECIJFER geeft het nummer van het hulpcontact aan. Je schrijft dit op de plaats van de tientallen.