Stevigheid & Beweging B2+3

Programma
  • Kennen jullie alle onderdelen van het skelet?
  • Interactieve instructie over basisstof 2 + 3  
  • Opdrachten maken
1 / 19
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Programma
  • Kennen jullie alle onderdelen van het skelet?
  • Interactieve instructie over basisstof 2 + 3  
  • Opdrachten maken

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Link

5 à 10 minuten om voor zichzelf te controleren wat ze al weten. 

Kijk naar de afbeelding. Welke 4 functies heeft het skelet?

Slide 3 - Open question

This item has no instructions

Vorm en functie
Vorm van het lichaam heeft te maken met de omgeving van het organisme. 
Lichaam van een dolfijn is gestroomlijnd om sneller te kunnen bewegen. 
Bij zoogdieren is de vorm van de poten aangepast: 
  • Zoolganger: lopen op de hele voet
  • Teengangers: lopen op tenen
  • Topganger of hoefgangers: lopen op toppen van de tenen of hoeven

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Hoe noemen we het dier in de afbeelding?
A
Zoolganger
B
Teenganger
C
Topganger
D
Hoefganger

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Hoe noemen we het dier in de afbeelding?
A
Zoolganger
B
Teenganger
C
Topganger
D
Hoefganger

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Hoe noemen we het dier in de afbeelding?
A
Zoolganger
B
Teenganger
C
Topganger
D
Hoefganger

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Bouw van botten
Het skelet bevat 2 soorten beenderen: 
(1) pijpbeenderen: langwerpige botten
(2) platte beenderen: schedelbeenderen of heupbeenderen

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Weefsel
2 soorten weefsels die voor stevigheid zorgen.
beide bevatten tussencelstof
  • Kraakbeenweefsel: cellen liggen in groepjes bij elkaar in de tussencelstof. 
    Tussencelstof is stevig maar buigzaam.
    waar? Baby's, oren en neus
  • Botweefsel: cellen liggen in kringen rondom fijne kanaaltjes waarin bloedvaten zitten. 
    Tussencelstof is harder. 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Wat zorgt voor buigzaamheid of stevigheid in het weefsel? 


Tussencelstof bestaat uit:
  • kalkzouten geven stevigheid
  • lijmstof zorgen voor buigzaamheid
       --> kraakbeenweefsel bevat veel lijmstof                     en weinig kalkzouten
       --> botweefsel bevat weinig lijmstof en                        veel kalkzouten

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Verandering in botweefsel

1. Kraakbeen verandert naarmate we ouder worden in bot. 
--> tussencelstof bevat bij kinderen veel lijmstof en bij ouderen veel kalkzouten. 

2. Schedelbeenderen veranderen ook: 
Bij een baby bestaat het nog uit losse delen: fontanellen. Tussen de fontanellen zit bindweefsel. 
Blijft zichtbaar, door de naden die je ziet.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Er bestaan 2 soorten beenderen. Welk type zie je op de afbeelding?
A
Pijpbeenderen
B
Platte beenderen

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Er bestaan 2 soorten beenderen, welke zie je op de afbeelding?
A
Pijpbeenderen
B
Platte beenderen

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Welk weefsel zie je op de afbeelding?
A
Kraakbeenweefsel
B
Botweefsel

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Hoe heet het weefsel op de afbeelding en is het vooral buigzaam of hard?
A
Kraakbeenweefsel, buigzaam
B
Kraakbeenweefsel, hard
C
Botweefsel, buigzaam
D
Botweefsel, hard

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Leg uit waardoor een baby buigzaam is.

Slide 16 - Open question

This item has no instructions

Leg uit waardoor een baby makkelijker door het geboortekanaal komt.

Slide 17 - Open question

This item has no instructions

Leg uit waardoor een ouder persoon makkelijker een bot breekt dan een kind.

Slide 18 - Open question

This item has no instructions

Opdrachten maken
Maak de opdrachten op Classroom die horen bij basisstof 2 + 3 

Slide 19 - Slide

This item has no instructions